A NEW DAY IS BORN
0 Comments

GUM = Gents Universiteitsmuseum – donderdag 10/12/2020

Locked Up in a Lockdown

… hadden we beslist van onszelf een plezier te doen met een daguitstap naar GENT.
Op donderdag 12 december vulden we onze Hello Belgium Railpassen van de NMBS in te vullen van station VILVOORDE naar GENT-Sint-Pieters.
Om het uur van de trein te bepalen kozen we, zoals gewoonlijk, voor iRail.be, dat veel praktischer en efficiënter werkt dan die plus-minus gelijkaardige tool van de Belgische spoorwegen.

De zon was ons goedgezind en verwelkomde ons in Gent, zodat we te voet van het station naar het GUM stapten … dwars door het mooie Citadelpark.

© RIE

In 1923 plaatste men, bovenop de oude sokkel aan het Zuidstation een beeld van de godin Flora die, hoewel even schaars gekleed als in 1908, dit keer geen controverse uitlokte. Samen met vier kinderen bracht ze hulde aan graaf Oscar de Kerckhove de Denterghem, wiens portretmedaillon centraal op de sokkel geplaatst werd. De inhuldiging op 14 april 1923 viel opnieuw samen met de vijfjaarlijkse Floraliën. Voor de toespraken zorgden onder meer burgemeester Alfred Vander Stegen en de Oost-Vlaamse gouverneur André de Kerchove de Denterghem, een zoon van de gehuldigde. Na de bouw van het Sint-Pietersstation verloor het Zuidstation zijn rol als spoorwegknooppunt en in 1929 werd het afgebroken. Voortaan stond het monument in het Zuid- of Albertpark. Nog eens veertig jaar later besloot de overheid een deel van het park op te offeren voor de aanleg van een op- en afrit van de autosnelweg. Oswald stond in de weg en moest verhuizen. Het beeld bleef drie jaar in een depot opgeborgen en kreeg in 1974 een nieuwe, schitterende locatie toegewezen. De stad koos voor het Citadelpark, waar toen nog de Floraliën doorgingen.

© RIE

Het fantastisch mooie standbeeld “De hazewind” werd gemaakt door Domien Ingels. Hij volgde een opleiding in het atelier van Domien Van den Bossche en Hippolyte Le Roy. Hij volgde ook les aan de Academie voor Schone Kunsten van Gent. In 1900 werd hij er plaatsvervangend leraar, waarna hij ook teken- en beeldhouwkunst doceerde, tot 1941. Hij deelde een atelier in het Begijnhof van Gent met zijn vriend C. Permeke (1886-1952). Als zoon van een slager werd Ingels vooral bekend omwille van zijn dierenfiguren.

© RIE

Nog een heel schoon standbeeld: “Tijgers betwisten een prooi” van kunstenaar graaf Jacques de Lalaing. Dit beeld wordt beschouwd als een van de hoogtepunten van de Belgische animalier-beeldhouwkunst. Jacques de Lalaings studie voor de beeldengroep gaat terug naar het midden van de jaren 1880 toen hij werkte aan een project voor een verlichtingsmast, tentoongesteld op het Brusselse Salon van 1887. Het beeld werd door de Brusselse bronsgieterij Fonderie Nationale des Bronzes in brons gegoten.
In 1910 kocht de stad Gent deze bronzen groep voor het Museum voor Schone Kunsten. Op 11 april 1950 keurde het College van Burgemeester en Wethouders van de stad Gent de plaatsing goed in het Citadelpark.

© RIE

Ik kon het niet laten om ook deze prachtige boom te fotograferen …

© RIE

Dit beeld stelt de schilder Emile Claus (1849-1924) voor, met een schilderspalet in zijn hand. Het is gemaakt door Yvonne Serruys.
Aan beide kanten van de kunstenaar wordt een kunstwerk van hem afgebeeld: ‘De Boomgaard’ en ‘De Vlasgaard’. In het begin van zijn carrière is hij beïnvloed door Renoir en Monet. Later werd hij kopman van het impressionisme in België. Het beeld staat tegenover de plantentuin.

Van bij het Emile Claus beeld, moesten nog maar gewoon de straat oversteken en we waren ter bestemming …
Nog een mooi zicht op de vijver, het begin van de plantentuin bij en de Gentse Universiteit … en daar … het GUM

© RIE

Op de muurschildering van Street Art na, ziet het er echt niet naar uit dat in deze “blokkendoos” een Museum gevestigd zou zijn …

© RIE

Maar je bent er wel ècht WELKOM !

En wij kunnen je dit museum ècht aanbevelen. Het is prachtig opgevat in verschillende aspecten van de manier waarop onderzoekers de wetenschap beoefenen. Op zoek naar de – of, beter gezegd – een waarheid. Want die is misschien maar voorlopig: verder onderzoek kan altijd nog aantonen dat er meer is, dat het anders is dan eerst gedacht …
Van CHAOS met TWIJFEL op zoek naar een MODEL dat dan langs alle kanten wordt ge-METEN
Daarbij komt VERBEELDING heel goed van pas. Maar ook KENNIS en ervaring. Een stevig NETWERK kan daarbij ook helpen, want bij collega’s kan je dan even je “beVINDingEN” gaan toetsen.

AANBEVOLEN !!!

Er wordt haarfijn uitgelegd hoe onze wetenschappers te werk gaan, over wat voor talenten ze moeten beschikken, welke gaven zij moeten gebruiken en ontwikkelen, om hun onderwerpen “tot op het bot” te kunnen analyseren.

Net zoals detectives op zoek gaan naar de schuldigen, gaan zij op zoek naar de oorzaken, de bron van het probleem, van de “kwaal”.
Vooraleer zij een “diagnose” stellen trachten ze te vinden hoe de zaak/zaken in elkaar zit/ten …
zoals ze nu trouwens al maanden doen met die corona/covid-19 !
Volharden en koppig doorgaan en vooral …

“blijven twijfelen”: de basis van wetenschap

Vooraleer we – een stukje te voet en dan met tram 1 –
naar het Dr. Guislain Museum gaan …
nog vlug een foto van de muurschildering van ROA
weer zo’n bewonderenswaardige “anonieme kunstenaar”
maar deze is wel een “onbekende” Gentenaar !!!
En … DankUwelllMersie!!! aan Mijne Maat Marc Staelens, die mij hier alweer uit de nood heeft geholpen …

© RIE
13
POLLEN & SOKKEN
0 Comments

“Herstel het respect voor onze politie”

Is de titel van de column van Mark Elchardus* in De Morgen
van zaterdag 05/12/2020

*Mark Elchardus is emeritus professor sociologie aan de VUB.
Hij schrijft tweewekelijks een column in De Morgen op zaterdag.

Ik lees nogal graag die columns van de emeritus professor sociologie van mijn alma mater, omdat ze soms wel nieuwe inzichten bijbrengen. Maar ik moet zeggen dat hij me deze keer wat ontgoocheld heeft. Wat hij hier aankaart is ècht niet nieuw … “nihil nove sub sole” … en die “dringende opdracht voor de minister van Binnenlands Zaken” was al even dringend toen ik nog aan de Ville de Bruxelles werkte als animator-coördinator aan de Service de la Jeunesse. Al moet ik toegeven dat het alleen maar erger werd, omdat het al jaren niet wordt aangepakt.

“Politiewerk is niet meer leuk en slecht voor de gezondheid”

… schrijft de gepensioneerde VUB professor. Maar op het eind van de vorige eeuw was het ook al “dwijlen met de kraan open” en toen heb ik hem daar nooit iets over horen zeggen of zien schrijven. (Maar misschien ligt dat alleen maar aan mij …???…)
Er was toen nog een goede verstandhouding tussen het politiekorps en de sociale werkers op het grondgebied van de Stad Brussel. Wij, de jeugdanimators in het algemeen en ikzelf, hun coördinator, in het bijzonder, hadden een goed contact met de wijkagenten.

Ik herinner me dat de Brusselse politie ons toen al vertelde hoe dikwijls zij ontgoocheld waren omdat het parket het “boefje”, dat ze pas “gepakt” hadden, al hadden los gelaten … terwijl zij nog bezig waren met het proces verbaal volledig uit te schrijven.

Die respectvolle relatie werd aan diggelen geslagen door de “fantastische uitvinding” van wijlen professor criminologie (UGent) Brice Deruyver, die ook “veiligheidsadviseur” was bij Premier Guy Verhofstadt: de “hervorming van de politie”. Met ingang van 1 januari 2001, werden er oorspronkelijk 196 politiezones gevormd. Sindsdien zijn er echter een aantal fusies doorgevoerd, waardoor het aantal is verminderd. Op 1 januari 2019 waren er nog 185 politiezones. Het resultaat was dat die “ruzies” tussen Rijkswacht en Politie gewoon verder doorgingen maar dan tussen Federale en Lokale politie.
Ik heb inderdaad nooit meer tegelijk twee combi’s op de stoep zien
staan waarbij de gendarm en de flik elkaar een boete uitschreven
omdat “gà mè à camionet ni op den trottoir muig stoen”.

Voor de meeste steden en gemeenten betekende dat een “gefusioneerde” Locale Politie. Twee (of meer) burgemeesters bevoegd/verantwoordelijk voor één korps. Op een paar uitzonderingen na. Een paar voorbeelden: Antwerpen (±530.000 inwoners), Gent (260.000), Liège (200.000), Leuven (100.000), Brasschaat (37.000), …
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest telt zes politiezones (voor ±1.250.000 inwoners). Elk van die zones omvat meerdere gemeentes en die hebben een eigen politiereglement. Voor Brussel Stad werd dat Politiezone 5339: Brussel-HOOFDSTAD-Elsene.
Geef toe dat die professor van UGent het allemaal vereenvoudgd heeft.

“Wie wil nu nog een beroep uitoefenen waarin je dag in dag uit kop van Jut vent en het parket je gelijkstelt aan de boeven die je vangt ?”

Ik blijf hopen dat “het beleid” eindelijk zou willen/kunnen inzien dat het niet helpt om nog meer politie in te zetten om het stijgend geweld aan te pakken. Ik nam tijdens mijn loopbaan als animator-coördinator aan de Stad Brussel (van 1975 tot 2007) ook deel aan heel wat seminaries waar onder andere “meer blauw op straat” ter sprake kwam. Alle sociale werkers riepen in koor: “Het helpt niet om een grotere emmer onder een lekkende kraan te plaatsen”. Er moet meer ingezet worden op preventie, opvoeding … op het ondersteunen van de ouders die het daar om een of andere reden moeilijk mee hebben.
Dus, liever “meer straatwerkers in de stadswijken”!

Men heeft in al die jaren veel gesproken over “integratie”, “diversiteit”, …
Er werden “veiligheidscontracten”, “samenlevingscontracten” en dergelijke op poten gezet. Maar er is veel te weinig ingezet op dat soort preventieve wijkwerking. Het zou niet alles opgelost hebben of nog kunnen oplossen. Maar er zouden wat maatschappelijke problemen vermeden kunnen worden.

Beste prof. dr. em. Mark Elchardus,
Hoe zou het de dag van vandaag zitten met die andere sociale, culturele, educatieve beroepen ?
Ambulanciers, brandweermannen, leraars, verplegers/verpleegsters, …
Vooraleer ik de eerste jeugdanimator werd van de Stad Brussel (van 1975 tot 2007) was ik uit het onderwijs gaan lopen … Niet omdat ik te weinig verdiende of omdat ik te weinig vakantie had. Maar wel omdat ik me afvroeg wat ik daar voor de klas stond te doen, aangezien ik “mijn gedrag” moest “wijzigen”, nadat een mama met haar zoontje was komen klagen dat ik “haar braaf kindje” twee bladzijden over “De drosophila melanogaster” had doen schrijven om hem wat te kalmeren. Ik zie het nog voor mij, hoe dat manneke “een held” was bij sommige klasgenoten, al waren het ook maar een paar andere toekomstige “boefjes”. En we waren nog maar in het begin van de jaren ’70 … Ik heb enorm veel bewondering voor al wie de dag van vandaag voor een klas staat.

41
A NEW DAY IS BORN
1 Comment

Buurtspoorwegmuseum Schepdaal – Zondag 25 oktober 2020

De tijd gaat snel … ’t is verdomme al meer dan een maand geleden dat ik dit “verslagje” van dit fijn museumbezoek in RIEke BLOGt wou plaatsen …

© R.I.E.

Eerst en vooral : DankUwelllMersie!!! Chris, voor de uitnodiging die je ons op de Toêllesse Brussels bezorgde.

Ne gielen uëp lierlinge van de Toêllese Brussels 2019-2020 op wandel ba Menneke Pis

Het weer was herfstig … strakke wind en grijze lucht … maar, we hadden geluk: het regende niet. Met mondmasker aan een museum bezoeken is nu al wel dagelijkse kost, maar het Buurtspoorwegmuseum in Schepdaal verdient beter : het is voor een groot deel in open lucht en we kruisten amper een paar koppels, waarvan één met kind …

© R.I.E.

Dit museum is er zo eentje, zoals er in ons land zoveel zijn: ondergewaardeerd !!! en het bestaat dankzij de inzet van gepassioneerde vrijwilligers !!!

Dus …
in de zomer nog meer dan in de herfst een bezoekje waard !!!

Spatscherm en mondmaskers konden niet beletten dat MIE&RIE (wij, dus) warm onthaald werden in het kantoortje aan de metalen trap. We kregen elk een gidstoestelletje (onder onze ogen ontsmet) en wat uitleg over het gebruik ervan en over waar het museumbezoek wordt aangevangen …

© R.I.E.

De eerste rijtuigen van de buurtspoorwegen werden door paarden getrokken, toen alle vervoermiddelen nog ecologisch verantwoord waren😉
Maar later werden stoommachines gebruikt.
In dit eerste gebouw werden we ook daarover direct wat wijzer :

© R.I.E.

Ook in de volgende zalen hebben we nog heel wat bijgeleerd over onze Belgische (buurt)spoorwegen …

© RIE –

Zo zag de voorloper van “de kèsttram” (zoals ze “de kusttram” aan ’t zeitje uitspreken) en er was een belangrijke “spitsvondigheid”, die ons eerst was ontgaan: de kleppen opzij van de locomotief (je ziet de scharnieren) dienden om het opvliegen van de damesrokken door de luchtverplaatsing te vermijden.

© RIE

Er werd toen ook uiteraard een verschil gemaakt tussen “rijke en arme” passagiers: 1ste klasse, 2de klasse, zelfs 3de klasse in sommige rijtuigen.

© RIE

Ik ben zelf ook nog met “de boerentram” naar Brussel gereden. Maar dat was later, met kabels boven de sporen, niet meer met stoom. Als kind noemden wij die tram “de poetah”: dat was het geluid dat die trams maakten als de “chauffeur” claxonneerde.
By the way, het woord “chauffeur” dateert uit de tijd van de stoomtreinen: de bestuurder moest het water in de machine “chaufferen” om er stoom uit te krijgen.

Ik herinner me ook maar al te goed dat die langs “de hoerenstraatjes” reed aan het Noordstation. Als jonge gast loerden we maar al te graag naar de ramen met “de rode lichtjes”. De begeleider toeterde soms op zijn klaroen om ons te doen schrikken …

© RIE

De tickets die hij verkocht doorstreepte hij met zijn potlood

RIE

En zo gingen de jeugdbewegingen op kamp met de “kampeerrijtuigen”

© RIE

Er werden ook niet alleen passagiers mee vervoerd, maar ook allerlei pakjes: kleine en grote. Zelfs paarden konden mee, zoals tijdens de oorlog.

© RIE

Kortom …
Het Buurtspoorwegmuseum is een uitstap meer dan waard !

5
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Cultuurcentrum BOLWERK – 2020 10 29 – Quentin Dujardin & Didier Laloy

before LOCKDOWN closing time
29/10/2020

Quentin Dujardin & Didier Laloy 

“Water & Fire”

© RIEke.brussels

We zeggen en schrijven: woensdagavond 29 oktober 2020.
En we gaan naar het Cultuurcentrum BOLWERK voor
Het Laatste Avondmaal … ik bedoel … het laatste avondconcert vooraleer de totale “LOCKUP”. Morgen gaat alles potdicht! Cultuurcentra, Concertzalen, Musea, … allemaal moeten ze hun deuren sluiten om de uitwassen van het coronavirus in te dammen en de zorgsector te helpen “het beest” te overwinnen. Ik weiger om dit nog “lockdown” te noemen!!! We worden immers toch opgesloten. We moeten zogezegd niet meer “in ons kot” blijven, maar we kunnen toch ook bijna nergens naartoe.

Alleen naar Bibliotheek en Bos mogen we nog gaan …
en naar voetbal mogen we nog kijken op teevee.

… want voetbal … dat telt niet mee in de statistieken …

Maar goed …

Back to Music :
Quentin Dujardin & Didier Laloy

@ CC Bolwerk – Vilvoorde

Na heel wat eigen projecten en steeds meer internationale ervaring, brengen gitarist Quentin Dujardin en accordeonist Didier Laloy samen muziek die hen op het lijf geschreven staat.
Twee tegengestelde muzikale temperamenten balanceren in symbiose tussen jazz, klassiek, folk en filmmuziek.

Zoals de titel van hun rijk, melodieus album “Water & Fire” het omschrijft, vullen deze artiesten elkaar prachtig aan en zorgen ze voor een klanksensatie met zowel brandende als ijzige momenten. Een intens muzikaal moment waarop ruimte en tijd even stoppen. Adrien Tyberghein, de jonge bassist van l’Opéra National de Paris, zorgt voor de ideale brug tussen beide muzikanten. Met zijn strijkstok doet hij een klassiek universum herleven dat allesbehalve stoffig klinkt, maar uitblinkt in verfijndheid en virtuositeit.

© RIEke.brussels

Het trio bracht een schitterend concert in het Cultuurcentrum BOLWERK te Vilvoorde. DankUwelllMersie!!! om te blijven “vechten” voor de goede zaak. En te blijven geloven in de Schoonheid van Cultuur in het algemeen en van Muziek in het bijzonder!!!

Het gebeurrde wel een zeer bizarre sfeer, zo’n optreden:
de muzikanten spelen enkel zittend … wat voor Didier een hele ‘opdracht’ moet zijn geweest😉 … op 2 meter van elkaar …
het publiek zit in ‘bubbels’ mèt mondmasker 😷 en minstens 3 meter tussen die ‘bubbels’.
Schoon !!! Maar tegelijk ook Triest !!!
Het deed soms wel denken aan een ‘definitief’ afscheid …
Alles verliep totaal contactloos !!! en toch mag het de volgende weken niet meer 😰 

Alleen voetbal – toch per definitie een “contactsport” – dàt mag wèl nog …
en je zal me niet wijsmaken dat die voetballers, die mekaar eens goed vastpakken als ze een doelpunt maken, na de wedstrijd in quanrantaine moeten gaan, omdat ze misschien besmet zijn geraakt.
Het is uiteraard wel een feit dat voetballen een belangrijke activiteit is voor de Belgische economie: bij elke trap tegen de bal verdient elke voetbal speler een meervoud van wat de muziek speler voor een avondvullend concert verdient !
Onze politiekers hebben blijkbaar nog altijd niet door dat cultuur ook een belangrijke speler is in de economie en dat er ook een heel rits aanleverende beroepen bij komen kijken … die dan ook allemaal “aan den dop” moeten gaan in de plaats van BTW of Bedrijfsvoorheffing af te dragen.

4
You, YourSelf & RIE
2 Comments

JAZZ STATION – zaterdag 2020 10 03 – Lorenzo Di Maio Trio ft. Ensemble UFO

© RIE

Als bestuurslid van de asbl JAZZ STATION vzw, was het mijn genoegen (en privilegie) om mijn Geode Vriend Guy Trifin uit te nodigen om met mij mee te gaan naar het optreden van …

Lorenzo Di Maio Trio ft. Ensemble UFO – Openingsconcert

van het seizoen 2020-2021

© RIE

Het Lorenzo Di Maio Trio is samengeseld uit
Lorenzo Di Maio – gitaar, composities
Sam Gerstmans – contrabas
Antoine Pierre – drums
en het Ensemble UFO = Ultra Foniiki Orchestra :
Maritsa Ney – viool I
Martin Lauwers – viool II
Marie Ghitta – altviool
Marine Horbaszcewski – cello

© RIE

Ze brachten een première van een nieuw project dat ze pas opgenomen hadden om binnenkort op CD uit te brengen.
Het eerste nummer, ‘The End And The Beginning”, maakte meteen duidelijk dat de toehoorder het snaarkwartet als een vierde solist zou moeten/kunnen percipiëren.
“Blues Something” was inderdaad opgebouwd rond een typisch blues thema dat dan verder uitgesponnen werd tot “something else”.
“Looking For The Beats”
“No More Samba” was ook wèl een samba, maar dan eentje “met een hoek af”.
“Carmela”
“Deux Chats”
“Elia”, het nummer dat de naam kreeg van zijn geliefde, toonde duidelijk aan dat Lorenzo toch heel dikwijls teruggrijpt naar de stijl of de sfeer van Philip Catherine: het melodietje kon even goed door hem gecomponeerd geweest zijn.

© Alvaro Cosi : “Je crois que je vous ai trouvés!”

Daarna kwam er niog een welverdiend bisnummer … Guy en ik gingen onmiddellijk de muzikanten gelukwensen met hun nieuwe project.

Om nog wat na te praten en omdat we ook wel honger hadden, volgden we de goede raad van Kostia (directeur van de Jazz Station). We hebben heel lekker gegeten in het Libanees restaurant, ZALINE. De patron is een vriendelijke, gezellige mens, die ook de tijd nam om tussendoor even met ons te praten: niet alleen om ons een goede Libanese wijn aan te raden, maar ook om ons te vertellen dat hij, als vluchteling uit Syrië, met Arameense roots, eerst in een kledingszaak had gewerkt tot hij de moed en de middelen had om een eigen zaak op te starten … met succes !!!
Het restaurant zat vol. Er was ook duidelijk een groep die daar was om een verjaardag te vieren …
Al gebeurde dat allemaal wel helemaal coronaproof (denk ik).

54
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Hungarian Belgian Jazz Club 2020 09 15

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Tamás Zsári
De Hongaarse saxofonist is de organisator van de Hongaars-Belgische Jazz Club die regelmatig doorgaat in het Hongaars cultureel Instituut (Balassi Institute Brussels). Normaal gezien nodigt hij prominente Hongaarse musici uit om op te treden met een groep van Belgische instrumentalisten.

© RIE

Tamás Zsári (saxofoon) is geboren in Boedapest en studeerde af aan de Franz Liszt Academy of Music. Daarna verhuisde hij naar de VS en woonde daar 3 jaar. In 2001 aanvaardde hij de uitnodiging van Budapest Jazz Orchestra om zich bij het ensemble aan te sluiten. Hij is een van de oprichters van het Modern Art Orchestra. Hij speelde samen met vele bekende muzikanten, zoals Bob Mintzer, Peter Erskine, Dave Liebman. Met zijn band speelt hij ook eigen composities. Hij speelde op verschillende festivals in Hongarije en in Europa. Momenteel woont hij in Brussel.

Bart De Nolf (contrabas) werd in 1965 in Brugge geboren en studeerde in 1987 af voor klassieke contrabas aan het Koninklijk Conservatorium van Gent. Sinds 1986 is hij lid van het “BRT Jazz Orchestra”. Sinds 1988 is hij professor aan het Koninklijk Conservatorium van Gent en ook van Brussel. Hij speelde ook met popbands en trad op met verschillende freelance muzikanten. Hij was lid van het Toots Thielemans Quartet, waarmee hij samen speelde in Europa en over de hele wereld.

Toni Vitacolonna (drums) (°1987) koos op zijn 16de resoluut voor drums, nadat hij in de muziekacademie van Roeselare zijn klassieke opleiding piano, drums en trompet doorlopen had. Aan de Kunsthumaniora te Antwerpen kreeg hij in de richting pop-jazz les van Yves Peeters, Koen Lieckens, Ewout Pierreux en Bart Defoort. Hij volgde verschillende masterclasses bij onder meer Bruno Castellucci, Jan de Haas, Billy Hart, … Na vier jaar aan het Lemmensinstituut in Leuven voltooide hij zijn masteropleiding aan het Conservatorium van Amsterdam bij Martijn Vink.
In 2006 richtte hij samen met Peter Delanoye (trombone) de DelVitaGroup op met verder ook Steven Delannoye (saxen), Bart Van Caenegem (piano) en Janos Bruneel (bas). Sinds 2011 is hij tevens vaste drummer van het Brussels Jazz Orchestra.

© RIE
3
BROSELLA
0 Comments

BROSELLA 2005

I remember …
that beautiful concert of …

Three Guitars … 

Het album werd in de US bij Chesky Records uitgebracht in juli 2003 en was pas in 2004 in Europa te verkrijgen.
In juli 2005 zaten ze al op het podium van BROSELLA Folk & Jazz voor een uniek concert in België: een première !!!

Larry Coryell – Badi Assad – John Abercrombie

inderdaadLarry Corryell (02/04/1943 – 19/02/2017), Badi Assad (23/12/1966 – …) & John Abercrombie (16/12/1944 – 22/08/2017) 
… … … (dus John overleed één jaar na Onze Nationale Toots !!!)

© Jacques Tiete

De foto bij de affiche hierboven geeft heel goed de karakters weer van deze fantastische artiesten …
links: Larry Coryell met een fijne glimlachende blik,
in het midden: Badi Assad met een uitbundige lach,
rechts: John Abercrombie, de stille, die precies niet gelooft wat hij hoort.
3 grote talenten, artiesten, muzikanten en ook 3 buitengewoon aangename mensen om mee te werken.

Merci FA !!!
(FA = Françoise-Emmanuelle Denis
… zie verder)
car c’est grâce à toi

que le publique de Brosella
a été enchanté de vivre cette belle expérience musicale.

© Jacques Tiete

photos taken at the soundcheck @ BROSELLA on Sunday 10 July 2005 … 
preparing their unique concert in BELGIUM …

© Jacques Tiete

Tijdens het optreden liet Larry Coryell plots zijn twee kompanen alleen verder spelen: hij ging zelf even van het podium om vooraan te gaan luisteren “hoe het klonk”. Hij ging dan onmiddellijk weer het podium op en zei onderweg: “Henri, wonderful sound, nice audience” en nog geen minuut later waren de Three Guitars weer met drie.

Voor wie “iets” meer wil weten over de 3 artiesten afzonderlijk :

Badi Assad

© Jacques Tiete

Badi Assad is een Braziliaanse singer-songwriter en gitarist. Ze speelt voornamelijk jazz en folk. Ze werd geboren op 23 december 1966 in de staat São Paulo, maar ze groeide op in Rio de Janeiro totdat ze twaalf werd. Ze komt uit een muzikale familie: haar vader, Jorge Assad, is van Libanese afkomst en speelt mandoline en haar twee oudere broers, Sérgio en Odair, spelen allebei gitarist en treden samen op onder de naam Dou Assad. Op veertienjarige leeftijd begon Badi Assad gitaar te spelen. Ze studeerde klassieke gitaar aan de University Conservatory in Rio de Janeiro en ze won de “Concurso Jovens Instrumentistas do Rio de Janeiro” (Young Instrumentalists Competition of Rio de Janeiro) in 1984. In 1986 begon ze haar professionele carrière met het “Guitar Orchestra of Rio de Janeiro”. In 1987 werd ze op het “International Villa Lobos Festival” uitgeroepen tot beste gitarist van Brazilië. In datzelfde jaar speelde ze in Europa, Israël en Brazilië onder de naam “Duo Romantique” met de Brusselse gitarist Françoise-Emmanuelle Denis, die tevens productrice en artistiek directeur is van het Brusselse GHA Records (zie verder). Het is aan haar te danken dat we dit exclusief optreden op BROSELLA Folk & Jazz 2005 hebben kunnen waar maken. Badi Assad zingt zowel in het Engels als in het Portugees. In 1995 werd ze door het blad Guitar Player verkozen tot “Best Acoustic Fingerstyle Guitarist”. De lezers van dat blad verkozen haar album “Rhythms” tot “Best Classical Album of the Year”. Ze staat bekend om haar eigenzinnige en bijzondere vertolkingen van nummers van componisten als Geroge Harrison, Egberto Gismonti en Ralph Towner. Zo covert ze op het album “Chameleon” (1998) “While My Guitar Gently Weeps” van The Beatles. Op datzelfde album speelt ze echter voor het eerst ook eigen nummers. Tussen 1998 en 2001 stopte ze noodgedwongen met optreden naar aanleiding van een neurologische aandoening, die het haar vrijwel onmogelijk maakte om gitaar te spelen. Nadat ze helemaal genezen was nam ze in 2003 samen met Jeff Young een album op, getiteld “Nowhere“.
Naast Larry Coryell en John Abercrombie speelde ze ook al met Pat Metheny.

GHA Records, le label de la guitare depuis 1988 !

Françoise-Emmanuelle Denis
Productrice & directrice artistique

Consciente d’avoir partagé des moments de musique privilégiés
d’une inestimable qualité avec des guitaristes exceptionnels,
j’ai le sentiment d’avoir contribué à écrire
une page importante de l’histoire de la guitare.
Je suis reconnaissante à tous ces artistes
d’avoir été leur partenaire dans l’aventure particulière
que représente un enregistrement musical.
Ces guitaristes m’ont confié le soin d’immortaliser
leur talentet leur répertoire,
faisant du label GHA le dépositaire
du fruit de leur mission de musicien.
Cela me donne plus que jamais la volonté
d’en être l’ambassadrice auprès des générations
actuelles et futures
.

John Abercrombie

© Jacques Tiete

John Abercrombie was een Amerikaanse gitarist (elektrische en akoestische gitaren en mandoline) geboren te New York op 16 december 1944 en overleden op 22 augustus 2017. Hij speelde zowel jazz (postbop, progressieve jazz), folk en rock. Hij groeide op in greenwich, Connecticut en begon op zijn veertiende gitaar te spelen. Hij studeerde gitaar en harmonieleer aan Berklee College of Music te Boston. Zijn carrière begon hij in 1967 als gitarist in de band van blues organist Johnny ‘Hammond’ Smith. In 1969 speelde hij in de groep Dreams samen met Michael en Randy Brecker en werd tevens een veelgevraagde sessie-muzikant. Hij speelde mee op plaatopnames van onder meer Gil Evans en Gato Barbieri en maakte regelmatig deel uit van de groep van Chico Hamilton.
Als gitarist van de groep Spectrum van drummer Billy Cobham begon hij bekender te worden. In 1974 kwam zijn eerste plaat uit bij ECM: “Timeless”, met Jan Hammer (keyboard) en Jack DeJohnette (drums). Er zouden er nog vele volgen. In 1975 kwam zijn trio Gateway (met bassist Dave Holland en DeJohnette) met de plaat “Gateway“. Met dit trio nam Abercrombie vier platen op. In 1979 richtte hij een eigen kwartet op, dat drie platen zou maken. Hij speelde vaak met DeJohnette samen (onder meer in diens groepen Directions en New Directions), evenals met gitarist Ralph Towner. Eind jaren tachtig en begin jaren negentig speelde hij in het kwintet van trompettist Kenny Wheeler.
John Abercrombie werd ook bekend met zijn trio’s met Marc Johnson en Peter erskine en met organist Dan Wall en Adam Nussbaum. In de band Baseline speelde hij met de Nederlandse contrabassist Hein van de Geyn en drummer Joe LaBarbera. Zijn laatste kwartet bestond naast hemzelf uit Mark feldman, Marc Johnson en Joey Baron.

Larry Coryell

© Jacques Tiete

Larry Coryell is geboren in Galveston op 2 april 1943 en overleed in New York op 19 februari 2017. Hij was een van de vele grote meesters op jazz gitaar. Hij nam meer dan 70 albums op in de afgelopen 35 jaar als bandleider en componist. Hij probeerde tal van instrumenten voordat hij overstapte op de gitaar. Zijn voornaamste invloeden werden Chet Atkins, Chuck Berry en Wes Montgomery. In 1965 speelde hij in het kwintet van jazzdrummer Chico Hamilton op het album The Dealer. In 1966 had hij zijn eigen band, Free Spirits. Zij speelden een mengeling van psychedelische rock en jazz. Eind jaren 60 en begin jaren 70 werd Coryell een van de meest gevraagde gitaristen in rock, jazz en andere muziekgenres. In die periode speelde hij mee met diverse rocksessies met onder anderen Jack Bruce, Jimmy Webb, The 5th Dimension, Charles Mingus, Billy Cobham, Chick Corea en John McLaghlin. De albums die hij in die tijd produceerde werden een mengeling van rock, jazz, Oosterse toonladders en een vrije vorm van improvisatie van klassieke riffs. In 1974 formeerde Larry Coryell The Eleventh Hoouse, de populairste fusionband uit die tijd. De band bestond uit onder anderen zijn goede vriend, de trompettist Randy Brecker.
In 1977 kwam er het album “Twin House” (bij Elektra) in duo met onze nationale Philip Catherine. In 1978 bracht Atlantic Records een tweede duo plaat van hen uit: “Splendid”.
Op 19 februari 2017 overleed hij onverwacht in zijn slaap.

© Jacques Tiete

I will never forget
what Larry Coryell said :

“Henri, it’s the first time since many many years, that I’ve come to a festival where you’re not going from one cage to another: taxi, plane, taxi, hotel room, taxi, backstage cabin, stage, … and then the same way backwards. Here, I felt free !!! I even went for a pee at the public toilets and the guy who was peeing next to me congratulated me for a wonderful concert …

© Jacques Tiete
3
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Dagje Django en Zo

Op zaterdag 5 september 2020, heb ik mezelf getracteerd op prachtige muziek, met een “Dagje Django en Zo”
om 15:00 zat ik bij BOZAR OPEN AIR MUSIC
op de vooraf gereserveerde stoel A1
op het Dakterras Errera, Koningsstraat 10, 1000 Brussel

“FIDDLER ON the BOZAR ROOF”
waren Renaud Crols & Friends

© RIE

Renaud Crols

Renaud Crols (°1983) behaalde zijn eerste prijs viool aan het Koninklijk Conservatorium te Luik. Aanvankelijk speelde hij vooral klassieke kamermuziek, maar zijn avontuurlijke ziel bracht hem mettertijd ook richting jazz, meer specifiek de manouche-stijl. Intussen is hij van alle markten thuis: van Indisch tot Afrikaans, van Bach tot Balkan. Je ziet hem vaak zij aan zij met Tcha Limberger en Les Violons de Bruxelles, met Karim Baggili, maar hij trok ook op met wereldbekende Roemeense groep Taraf de Haïdouks.

Zelfstandige muzikanten zoals Renaud Crols hebben het in deze coronatijden hard te verduren. Maar ze blijven niet bij de pakken zitten.
Hij was zelf één van de eersten die de kat aan de bel bond en publiek alarm sloeg. Hij lanceerde een crowdfunding-campagne via sociale media en zette zich mee in om de precaire situatie van collega freelance muzikanten onder de aandacht te brengen. 

Op BOZAR Open Air presenteerde hij met zijn eigen band muziek uit alle windstreken op het terras van BOZAR met zicht op de stad.

© RIE

De presentator kondigde dit concert aan als “le premier concert après
‘le silence’ depuis le mois de mars”
. dat geldt misschien wel voor BOZAR, maar ik heb samen met mijn Vrienden Guy en Ben, die ook op het dak van BOZAR zaten, toch in augustus al enkele concerten mogen meemaken.

Het kwartet begon met “Pleurons tout bas” (vrij vertaald), een Braziliaanse choro en brachten als tweede nummer een compositie van Django Reinhardt: “R26”. De twee Renauds zijn allebei grote fans van Richard Galliano en speelden dan ook met veel zwier zijn “Waltz for Nicky”. Later speelde de groep ook nog een compositie van Renaud Dardenne, die hij de titel gaf van “Gallianologie”. Ze brachten ook nog een nummer van Benjamin Clement: “La Pleine de Jeu” en toch nog één nummer vanDjango Reinhardt: “Ultra Fox”.

Renaud Dardenne

… is een belangrijke figuur van de Belgische zigeunerjazzscene.
Van bij het ontstaan van de groep maakt hij deel uit van het kwintet
“Les Violons de Bruxelles”, waarin ze de bezetting van de Hot Club de France ondersteoven hebben gegooid. Drie gitaren een viool en een contrabas werd bij hen één gitaar, drie violen en een contrabas:
Tcha Limberger, Renaud Crols, Alexandre Tripodi, Renaud Dardenne en Sam Gerstmans.
Hij treedt ook op in het “New Quartet” van Fapy Lafertin
en met Liana Gourdjia in een meer klassiek repertoire.
Onlangs zag ik hem aan het werk met Nathan Daems“Village Quartet”.
Ook met zijn eigen Trio, met Benjamin Clement en Boris Schmidt, is hij ons niet onbekend: in de Djangofolllies 2020 Challenge, georganiseerd door BROSELLA, was hij de spilfiguur. Hij studeerde af aan het KCB (Koninklijk Conservatorium Brussel) in jazzgitaar en pedagogie. Met veel passie geeft hij les bij Muziekpublique en regelmatig in zomercursussen, zoals in Neufchateau, of de bekende “Django In June” in Massachusetts.
Zijn spel is resoluut akoestisch: alles in finesse en oprechtheid. Naast zijn passie voor traditionele muziek, jazz en de muziek van Django Reinhardt in het bijzonder, is hij ook een veelzijdig musicus die zich in vele werelden thuis voelt: rebetiko (Vinylio), chorinho, Venezolaanse muziek (met Osvaldo Hernandez) …
Hij componeert ook voor zijn verschillende groepen en voor het theater.

Benjamin Clement

… leerde zichzelf op 14-jarige leeftijd gitaar spelen, op aansturen van zijn vader. In het begin speelde hij rockmuziek en blues. Het is pas later dat hij interesse kreeg voor jazz en voor de gipsy swing van Django Reinhardt. Nog later ontdekte hij de zigeunermuziek en werd er verliefd op. Hij volgt les bij Bulgaarse en Roemeense musici en leert Tcha Limberger kennen die zijn interesse voor de Balkanmuziek deelt. Ze spelen samen in de Transsylvaanse groep Szibva. Terwijl hij zich de Balkanmuziek eigen maakt, o.a. bij de band Zongora, blijft hij optreden met jazz/rockprojecten zoals Rackham.

Boris Schmidt

De Luxemburgse contrabassist Boris Schmidt (°1983) volgde verschillende workshops bij onder meer Jacques Pirotton en André Klenes en trok nadien naar het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, waar hij in de leer ging bij Hein Van de Geyn en Eric Ineke. Met deze bagage bouwde hij stilaan zijn reputatie uit. Zijn actieradius is hoofdzakelijk geconcentreerd in de Benelux maar met het ensemble L’Arpeggiata toert hij wel de hele wereld rond. Onder de artiesten met wie hij verder al samenwerkte en opnamen maakte, vinden we Philip Catherine, Ialma en Fabrizio Graceffa.

© RIE

Christophe Astolfi

Omdat Christophe Astolfi, na lange tijd, vanuit Parijs nog eens in Brussel kwam spelen, nodigde hij me vriendelijk uit om naar zijn concert te komen met Christian Escoudé (gitaar) en Ben Ramos (contrabas) in de fijne, autenthieke Brusselse Jazz Club :

The Music Village

© RIE

Dat maakte mijn
“Dagje Django & Zo” kompleet

Christophe Astolfi

… werd geboren in 1977 in Hussigny-Godbrange in Lotharingen. Hij studeerde gitaar op 12-jarige leeftijd. Zijn professionele carrière begint in accordeonorkesten en verschillende groepen van rock tot jazz op 17-jarige leeftijd. Hij raakt vertrouwd met de muziek van Django Reinhardt, dankzij Italiaanse en zigeunergitaristen uit zijn regio, met name Tchavolo en Dorado Schmitt.
In 1998 vestigde hij zich in Brussel waar hij zich vervolmaakte in de “Django” traditie in België. Hij was nog maar pas aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel ingeschreven om er gitaarlessen te volgen en vooral de gispy swing onder de knie te kijgen, of Brosella nodigde Chrisophe Astolfi al uit voor een concert in de Djangofolllies, met het duo Rakou Chaka. We waren toen januari 2000.
Hij woonde 10 jaar in Brussel en speelde ongeveer overal in België met Philip Catherine, Toots Thielemans, Koen Decauter, Tcha Limberger en nog vel andere muzikanten “van bij ons”. Hij nam ook muziek op voor reclame en voor theaterproducties.
In 2008 verhuist hij naar Parijs en neemt deel aan de plaatselijke muziekscene met David Reinhardt, Samy Daussat, Rodolphe Raffalli en Hugo Lippi.
In 2010 – de 100ste verjaardag van Django Reinhardt – nam hij deel aan “Djangodrom”, het project van regisseur Tony Gatlif met Bireli Lagrène, Didier Lockwood, Stochelo Rosenberg.
In 2013 lanceerde hij zijn album “Des Valses”, opgenomen in trio en volledig gewijd aan swingwalsen en zigeunerwalsen. De schijf wordt al snel een must in de wereld van de zigeunergitaar en Christophe is een van de belangrijkste vertegenwoordigers van dit veld.
Tussen 2015 en 2016 nam hij twee platen op met Boulou en Elios Ferré en in november 2016 verscheen in Éditions Coup de Pouce de eerste gitaarmethode gewijd aan de zigeunerwals die ooit werd uitgevoerd. Zijn werk wordt zeer goed ontvangen. Christophe wordt regelmatig uitgenodigd om zijn werk te presenteren door middel van concerten en masterclasses in Frankrijk, Europa en de Verenigde Staten.
In januari 2018 werd Christophe dankzij de steun van Marcel Campion en Sylvie Lacombe directeur van de zigeunerjazzschool van La Chope des Puces, de mythische tempel van de zigeunergitaar in Parijs. Sindsdien worden er elke zaterdag workshops gegeven.
Op 6 december 2018 kwam mijn nieuwe album uit. Deze plaat opgenomen met Florent Gac op Hammond orgel, Samuel Hubert op contrabas en Stéphane Chandelier op drums is een project gewijd aan de onuitgegeven composities van de gitarist en componist Pierre “Baro” Ferré.
Op dit moment ben ik, parallel aan mijn concerten met mijn orkesten en Christian Escoudé’s Gypsy Trio, bezig met twee nieuwe albums die in 2020 zullen worden opgenomen.

Christian Escoudé

… werd geboren in 1947 in Angoulême, in een zigeuneromgeving. Zijn familie verhuisde naar Charente toen Duitse troepen Frankrijk binnenvielen in juni 1940. Zijn vader, een zigeuner en gitarist, gaf zijn passie voor Django Reinhardt en gitaarspel door. Hij koos voor een carrière als muzikant, in dit Frankrijk dat ontstond uit de Tweede Wereldoorlog, waar ook plezier aan moest worden beleefd. Hij begeleidt verschillende zangers en muzikanten. In december 1975 ontving hij de Django Reinhardt-prijs van de Académie du Jazz. Daarna nam hij deel aan talrijke festivals, waaronder het Festival de Samois, georganiseerd als eerbetoon aan Django Reinhardt en diverse samenwerkingen met Franse en Amerikaanse jazzmuzikanten. In 1980 ging hij op tournee in de Verenigde Staten, Brazilië en Japan, met John McLaughlin. In 1980 ging hij op tournee in de Verenigde Staten, Brazilië en Japan, met John McLaughlin. Vervolgens trad hij toe tot het grote orkest van Martial Solal, daarna trad hij op in andere formaties. Christian Escoudé trad als duo op in 1983, met Didier Lockwood, waaraan vervolgens Philip Catherine werd toegevoegd. In 1985 vormde hij samen met Boulou Ferré en Babik Reinhardt het Zigeunertrio. Vervolgens zette hij zijn carrière voort in andere formaties en in het gezelschap van hedendaagse jazzmuzikanten, waarbij hij zich ook regelmatig herinnerde aan zijn gehechtheid aan de muziek van Django Reinhardt.

In 2012 bracht hij het album uit “Christian Escoudé joue Brassens: Au bois de mon cœur”, dat hij in januari 2013 reeds tijdens de Djangofolllies kwam voorstellen in verschillende clubs en cultuurcentra. Ik herinner me dat ik daar voor het eerst de fantastische violoniste Fiona Monbet aan het werk zag. Ik was zo onder de indruk van haar talent dat ik haar in 2016 op de 40ste (mijn laatste) BROSELLA Folk & Jazz aan het publiek heb voorgesteld.

Ben Ramos

In 1999 begon Benjamin Ramos met gitaarlessen te nemen
in de Jazz Studio in Antwerpen,
en in 2000 begon hij basgitaar te spelen bij Bas Cooijmans.
Van 2001 tot 2004 volgde hij lessen contrabas
in het Koninklijk Conservatorium Brussel
bij niemand minder dan Jean-Louis Rassinfosse.
Hij was eerst gitarist in een rockband en pas daarna bassist in verschillende jazz- en funkformaties. Hij speelde een honderdtal concerten als contrabassist in verschillende jazzbands. Na verschillende muzikale ontmoetingen kreeg hij de kans om op te treden in Gouvy op het Luxemburgse Jazz- en Bluesfestival, op “Festijazz” (Afrika) in juni 2003, op het Reggae Afro Festival in juli 2003. Met Joachim Jannin bereikte hij de halve finale van het tweejaarlijkse “Chanson française” festival en op “Mars en Chanson” (Frankrijk).
In mei 2004 stond hij op de Brussels Jazz Marathon.
In juli 2004 speelde hij op het festival “Jazz à Sètes” (Frankrijk)
en won hij de jonge talentenjacht van het Blue Note-festival in Gent.

6
You, YourSelf & RIE
0 Comments

HIDE & SEEK 2020 (08/29)

zaterdag 29 augustus
@ Wasserij van het OCMW
van BRUSSEL

Voor de laatste dag van het vierde HIDE & SEEK festival, waarbij MuziekPublique de liefhebbers meeneemt naar ongewone plekken in BRUSSEL, trok ik naar de Linnenfabriek in de Hertstraat 375 in Anderlecht.

© RIE
© RIE











Op het hoogtepunt van de Coronavirus-crisis werd hier elke dag ongeveer vijf ton textiel gewassen voor de Brusselse ziekenhuizen! Grote wasmachines, drogers, kranen, takels en strijkmachines behandelen hier de was. Deze gigantische wasserij lijkt op weekdagen een echte mierenhoop. Maar op zaterdag en zondag keert de rust er terug. MuziekPublique maakte daar gebruik van om er vorige zaterdag 29 augustus het laatste concert van het vierde Hide & Seek festival te organiseren.

© RIE
© RIE

In deze tempel van zorg en lichaamshygiëne werd folk muziek voorgesteld uit het land dat als eerste in Europa door het Covid 19 virus werd getroffen. De stoommachines werden – voor een keer – vervangen door een muzikale traditie waarin het helen van lichaam en geest een belangrijke rol speelt : de Italiaanse

Maria Mazzotta

… is een gepassioneerde zangeres uit Puglia.
Ze maakt al jaren diepe indruk met haar bewogen vertolkingen van liederen uit het Middellandse-Zeegebied. Haar creativiteit bracht haar tot samenwerkingen met tal van artiesten zoals de Albanese cellist Redi Hasa, de beroemde pizzica-band Canzoniere Grecanico Salentino of ook nog Goran Bregovic.

© RIE

Maria Mazzotta: zang
Bruno Galeone: accordeon

Ze stelde ons haar nieuwste album voor, “Amoreamaro” (‘Bittere liefde’), begeleid door de jonge en getalenteerde Malagassische accordeonist Bruno Galeone, die ook op de CD de knopjes hanteerde. Het album, verkent de verschillende gezichten van de liefde, vanuit een modern en toch tijdloos vrouwelijk oogpunt. Ruig en ongepolijst, woest, ja zelfs brutaal, maar ook bezwerend.

Waarom Maria Mazzotta haar presentatie bijna uitsluitend in het Italiaans deed, weet ik niet (haar Frans was nochtans zeer goed) maar ze kondigde dit duo concert in deze coronatijden aan als volgt :
“De wereld ontploft en wij kijken alleen maar toe. Toch blijf ik diep in mijn hart hoop koesteren; hoop dat deze muziek u kan raken”.

En de muziek heeft ons geraakt! Haar stem ging hoog en laag en hard en zacht: soms fluisterend, soms shreeuwend.
Ik moet toegeven: ik kende Maria Mazzotta niet. Maar ze deed me denken aan tal van grote Italiaanse zangeressen, die diep gaan in hun passie en zo het vuur overbrengen naar een gefascineerd publiek. Lucilla Galeazzi, Elena Ledda en Ginevra di Marco van de groep Bella Ciao kwamen onmiddellijk in mijn gedachten op. Maar Maria Mazzotta deed me ook soms denken aan Giovanna Marini of nog Francesca Breschi. In ieder geval aan politiek en/of sociaal geengageerde artiesten met passionele en vurige stemmen …

Het concert had me zo aangesproken …
dat ik besloot van de CD mee naar huis te nemen


11
You, YourSelf & RIE
2 Comments

Contrair of Pionier ? Dwarsligger of Voorloper ? Wie ben ik ?

Feitelijk heb ik me die vragen in heel mijn leven nog nooit gesteld.
Het kwam onlangs bij me op door een opmerking van een oud-leerling van me, uit de tijd dat ik les gaf aan het Koninklijk Atheneum Asse. En dat is toch wel een hele poos geleden: ik gaf daar Nederlands en Engels in de schooljaren 1971/72 (23u) en 1972/73 (24u).

“Je hebt ons niet alleen Engels geleerd” zei ze, “je hebt ons ook leren ‘leven’ met een open geest. En ons niet zomaar om het even wat laten wijsmaken.”

Ik vond “in rij per twee” lopen, wat voor de heer prefect absoluut buiten discussie stond, helemaal niet belangrijk. Net als “zonder das sta je niet voor een klas” en “de leerlingen moeten U met uw naam noemen, niet met uw voornaam en al zeker niet met een bijnaam”. Ik dacht dan: “Wat sta ik hier te doen, als de inhoud van wat ik voor de klas aan de leerlingen meegeef van bijkomstig belang is ?”

En dan ging ik op zoek …

Vrijwilligerswerk in de Beursschouwburg, bij voorbeeld, leidde tot het “stichtend lid” worden van de vzw Animatie Beursschouwburg.
Maar toen ik er “mijn diensten” woou aanbieden om er aangeworven te worden, was de vraag: “Welke partijkaart heb jij ?”
En mijn antwoord: “Geen ! En ik wil er ook geen !!!”

“Ni Dieu, Ni Maître”

8