You, YourSelf & RIE
0 Comments

Geboren in de kou – – – 1947 01 06

Geboren in de kou

1947 01 06

Naar het schijnt was het een zeer koude winter.  Volgens het Koninklijk Meteorologisch Instituut zou het wel eens één van de koudste uit de twintigste eeuw geweest kunnen zijn.  Is het misschien daarom dat ik zo laat geboren ben?  Wilde ik eerst nog wat genieten van de vochtige warmte in de moederschoot?  Feit is, dat mijn moeder zei, dat ik “verwacht” werd voor 6 december, Sinterklaas, 1946, maar dat ik slechts “gekomen” ben op 6 januari, Driekoningen, 1947.

“Gij hebt u zeker misrekend, ma, jullie konden nog niet zo goed tellen!” Daarmee plaagde ik mijn moeder altijd.  En bij mijn goede vrienden schertste ik er altijd over dat ik “een ezelsdracht” was.  Op andere ogenblikken snoefde ik dat ik toen toch ook al “een snuggere” was, vermits ik niet wou geboren worden op een dag waarop ik voor Sinterklaas èn voor mijn verjaardag slechts één geschenk zou krijgen, maar dat ze nu bovendien aan mijn deur kwamen staan zingen voor mijn verjaardag.

“Het zingen bij de ster op Driekoningen” © Cornelis Troost (ca. 1740)

Mijn moeder had het dikwijls over het feit dat ze zo had “afgezien” om mij ter wereld te brengen: “met de ijzers” zei ze telkens toen ze daarover vertelde aan buurvrouwen en andere vriendinnen en liefst waar ik met blozende wangen bij stond.  “Ik was wel een zeer gewenst kind” zei ze er dan nog vlug bij.  Ze had tenslotte vijf jaar gewacht op haar geliefde die in Duistland krijgsgevangene was tijdens de oorlog en die ook na de oorlog nog een tijdje van dienst was in Duitsland om de boel daar te helpen “stabiliseren”.  Ze waren na de oorlog ook niet onmiddellijk in de echt kunnen treden want daar hadden ze geen geld genoeg voor.  En ook toen ze gehuwd waren moesten ze eerst nog een tijdje bij de ouders van zijn moeder inwonen.
Mijn vader ging wekelijks heen en weer naar Duitsland, om “die Duitsers in het oog te houden, dat ze niet opnieuw zotte kuren zouden krijgen”.


1957 01 07

In het na-oorlogse Parijs werd Driekoningen gevierd met een aanval op de driekoningentaart

eenzame zoektocht naar warmte

Big Bug Bubble Gush Company

Als enig kind bracht een eenzame zoektocht naar warmte Vele Vriendschappen, vele activiteiten met vele vrienden op mijn weg. Een gezonde nieuwsgierigheid hielp ook om die zoektocht te kruiden met kleine weetjes, grote verrassingen en opportuniteiten.
Beursschouwburg, Mallemunt, Jeugd & Stad, … dat kwam allemaal op mijn pad. Dan was er ook nog Tsleutelgat … Liedboek, Goevolk, Brosella, Djangofolllies, Palace Music Club, en dergelijke meer. Maar ook voetbal, volleybal, handbal … piano en gitaar spelen en bongo’s en mondharmonica en met de Big Bug Bubble Gush Company in de finale geraken van de Jazz Bilzen wedstrijd, met het duo DeeAitch toeren in folk clubs en jeugdhuizen …

Al die activiteiten allemaal altijd samen met Mensen rondom mij …
Zonder zus of broer had ik het privilege van zelf mijn zussen en broers te mogen kiezen. Zowel op school als in de vrijetijdsbesteding.

Feesten zijn er ook altijd bij geweest.

2012 01 06

In de ELDORADO in Humbeek (foto © Annie Boedt) kwamen er op 6 januari 2012 4 drie-koningen zingen (de 3 musketiers waren tenslotte ook met 4) op een verjaardagsfeest

 

© Annie Boedt

Dat was daar toen trouwens
een fantastisch feestje,
met veel lieve
Vrienden en
Schone Muziek

Buster & The Swing

 

Renaud Patigny

en veel paella

© Annie Boedt

Warmte heb ik in die 78 jaar overal waar ik kwam, werkte, speelde, …
gevonden bij Vrienden en Muziek

2024 01 06

 

 

0
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Mijn Beursschouwburg – gebaseerd op BEURSSCHOUWBOEK VERHALEN – – – 2015 0119-0530

“Mijn Beursschouwburg”

Gebaseerd op een tekst uit BEURSSCHOUWBOEK VERHALEN
van de VZW
“Cultureel Animatiecentrum Beursschouwburg”
geschreven door
Henri Vandenberghe
op 2015 0119-0530

naar aanleiding van
40 jaar BEURSSCHOUWBURG

tekst herschreven
“herlezen”
“herwerkt en goedgekeurd”

op 3 januari 2025

In 1973 was de Beursschouwburg reeds
ONZE THUISHAVEN

De “Cultureel Animatiecentrum Beursschouwburg”  VZW werd gesticht op 2 maart 1974

“Ik studeerde aan het Koninklijk Atheneum Etterbeek. De leerlingen die ervoor openstonden werden daar opgeleid tot cultuurliefhebbers. We kwamen al eens in de Conscienceclub of de Reinaert, of de Marnix (met de Gloria op de tweede en de Slumberland op de derde verdieping) en natuurlijk ook … in de Beursschouwburg.
Met de al jaren ter ziele gegane Rijksnormaalschool in Sint-Pieters-Woluwe organiseerden we (in 1966-67)
poëzieavonden  = o.a. in het zaaltje van de Waltra
– opgenomen door René Pieyns voor Tienerklanken –
waar, onder anderen, denk ik, al ben ik niet meer helemaal zeker van het lijstje dat sowieso ook onvolledig zal zijn :
Marc Bens, Jan De Corte, Frank De Crits, Leon Lamal, Freddi Smekens, …
en ikzelf
We organiseerden ook folk- en blues concerten.

We gingen naar de Mallemolen in Hoeilaart.
En we vonden elkaar terug … in de Beursschouwburg.

Ook aan de VUB organiseerden we poëzieavonden, en we stichtten het poëzietijdschrift HAND met de jonge dichters van toen. We organiseerden er ook folk-, blues- en jazzconcerten en vonden elkaar terug … in de Beursschouwburg.

Rie = rechts van Roy Orbison

Zo had ik ook eens het geluk van in het publiek van Tienerklanken (BRT)
naast Roy Orbison te mogen zitten en hem een vraag te mogen stellen.
En we mochten mee naar de BRT in het Amerikaans Theater
om er een interview mee te maken door Nonkel Bob en Tante Terry.
Zij interviewden ook The Rolling Stones (1 december 1964).

In maart 1968 (of was het 1969?) organiseerden we met een aantal
VUB-vrienden een Kunstweek in de Beenhouwersstraat:
een tentoonstelling van foto’s, etsen, poëzietijdschriften, optredens van Jonathan’s Ark, The Bluesscratchgroup, cabaretgroep Leuk- op-Last,
een conference HET NIHIL IN DE VLAAMSE TONEELSCHRIJFKUNST en een opvoering van fragmenten uit EEN (L)ADDER BEWONEN door Bert Verm, een poëzie- & muziekvoorstelling met o.a. Marc Bens, Freddi Smekens, Leon Lamal, Dirk J.A. Lissens, Geert Currinckx, Peter Bormans, Gust Vanhove, Patricia Lasoen, Claude Blondeel, Jan De Roeck, Herman J. Claeys,
en de projectie van de experimentele film Epilogue van Leopold Dehert.

Happy Beursdays

In de vroege jaren ’70 zat ik minstens elke woensdagavond in de Beursschouwburg, waar ik vaste klant was van de
Happy Beursdays en waar we aan de toog bleven plakken en met Jari Demeulemeester ideeën uitwisselden en hem suggesties deden om bepaalde groepen uit te nodigen. We deden er meestal ‘het licht uit’.

Bij de eerste Muntpleinanimatie hielpen we een podium bouwen met planken op bakken bier die we gingen halen in het jongerencentrum in de Grétrystraat. En toen dat later Mallemunt werd, stonden wij er met een aantal vrienden in een stand van Tliedboek, waar we niet alleen ons tijdschrift aan de man brachten, maar ook ‘longplayings’ en Gouden Carolus. Het tijdschrift was van Gent naar Brussel verhuisd en kon ook onmiddellijk de steun genieten van GAL.
Ik herinner me dat The City Waites, een van die groepen die ik met enige aandrang aan Jari had aanbevolen, een enorm succes waren op Mallemunt (vraag me niet in welk jaar) en achteraf ook nog op de Happening van het Festival van Vlaanderen in Gent.

En toen ging ieder zijn kant op.

Ik startte met Brosella Folk in 1977,
samen met vrienden van de VUB
en van het Jeugd- en Cultuurcentrum Tsleutelgat
dat in mei 1975 in Haren de deuren opende
en er was het Millennium van Brussel Stad in 1979…
en we vonden elkaar af en toe terug … in de Beursschouwburg

0
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Nieuwjaarsbrief aan Meneer Mortelmans – – – 2024-2025

Nieuwjaarsbrief aan Meneer Mortelmans

2024-2025

Meneer Mortelmans,
Hallo Hans,
Cher Ami

Grimbergen, 27 december 2024

© RIE = Henri VANDENBERGHE

Het ga je fantastisch goed in ’t jaar 2025.
Dat wens ik je samen met Vrede op Aarde voor alle Mensen … ook voor zij die niet altijd van goede wil zijn …
Op deze foto van “PEACE on the Wall” die ik nam in 2022 onderweg naar de TOOTS 100 Expo, staat een graffiti die me zeer aansprak op de muur van de KBR (Koninklijke Bibliotheek Royale). Ik had toen het genoegen van groepen te mogen gidsen in het dialect van Toots Thielemans en van nog enkele andere Brusseleirs

12 LP Box

Georges Brassens
(Sète, 22/10/1921 – Saint-Gély-du-Fesc, 29/10/1981)

Ik moet je iets bekennen …
Toen ik, in januari 2024, je boek “Brassens” had gekregen, begon ik onmiddellijk te lezen … tot pagina 67, “Tussenspel 2”.
Daar stopte toen mijn lectuur omwille van veel te veel van alles, typisch voor mijn soort bezige gepensioneerden.
Nu er, van Winterzonnewende tot Driekoningen, niet veel anders te beleven valt dan kerstlichtjes en kaarsen aansteken of wenskaartjes en nieuwjaarsbrieven schrijven, haalde ik het boek “Brassens” weer eens van ’t schap …
Ik herlas eerst nog eens je vriendschappelijke opdracht … “Voor Henri, trouwe gezel van de goede muziek. Hans, 20 januari ’24”
en hernam dan de lectuur van het boek vanaf pagina 69

Paris-Bruxelles-Provinces: de weg van het succes”

Die link met Bruxelles was mij totaal onbekend: een hele ontdekking, een gat als een krater in mijn cultuur. Voor een Brussel-liefhebber zoals ik is dat beschamend!
Dat “de weg van het succes” van Georges Brassens eigenlijk begon in Bruxelles, dat doet mij iets. En dat hij België niet beschouwde als het buitenland, omdat het voelde als “thuiskomen” telkens hij er bij zijn Brusselse vrienden terug keerde. Ook dat gaf mij een fijn gevoel.
Het bracht ook een persoonlijke bijna-Brassens ervaring terug boven uit duistere diepten van mijn geheugen.
In 1974 werd ik hoofdredacteur van TLIEDBOEK. Ik woonde toen in Schaarbeek. In 1975 werd TLIEDBOEK uitgegeven door het Jeugd- en Cultuurcentrum TSLEUTELGAT in Haren-Brussel en kreeg het heel wat steun van GAL, die ons een aantal frontpages gratis aanbood, om ons te steunen. Hij zorgde ook voor de lay-out van vijf nummers, ook gratis!
Nadien nam Lieven Tavernier die taak op zich.

Ik kreeg toen de kans om Georges Brassens te interviewen.

De platenfirma had de pers daartoe uitgenodigd in de bovenste verdieping van de Martini Building op het Rogierplein te Sint-Joost-ten-Node/Brussel. Ook de hoofdredacteur van TLIEDBOEK. De hele Belgische pers was aanwezig. Georges Brassens zat er aan het hoofd van een lange tafel. Tientallen journalisten staken allemaal tegelijk hun micro’s onder zijn neus. Je kon hem nog amper zien zitten.
Ik kon het niet aanzien en ben toen, zwaar gedegouteerd en geschandaliseerd over het gebrek aan respect, gewoon onverrichterzake weg gelopen.

Je boek “Brassens” bracht me ook terug bij mijn vader.

Die hield van Franse chansons, van les cabarets, la variété. Gilbert Bécaud, Charles Aznavour, Charles Trenet, Marcel Amont, maar uiteraard ook de eerste singles van Adamo.
Dankzij mijn vader was Patachou mij dus helemaal niet onbekend. We hadden thuis ook platen van haar en van Rina Ketty, bekend van “J’attendrai, le jour et la nuit, j’attendrai toujours ton retour”. Mijn vader was na vijf jaar krijgsgevangenschap (1940-1945) als oorlogsinvalide terug gekomen bij zijn lief, die later mijn moeder werd. Zij had zo lang op hem gewacht.
Van al die Franse chansonnières was Colette Renard zijn préférée, met haar “Chansons Polissonnes”. Ik hoor ons nog samen het refrein zingen van een van haar liedjes:
Tais-toi Marseille” uit de elpee “envoie la musique”
“Marseille, tais-toi Marseille
Tu cries trop fort
Je n’entends pas claquer
Les voiles dans le port”

En terwijl ik deze nieuwjaarsbrief schrijf
luister ik naar de CD “Cupido zijn kat”.
Zàààlig !

Liefs

RIEke van MIEke
Henri Vandenberghe

 

14
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Den Toine en De Raf … en trouwen op 1 april

Den Toine en De Raf
op 1 april 1972

Cher Ami Antoine,

op het feest van mijn eerste huwelijk

heb je je ook duidelijk goed geamuseerd

 

 

Bij dat huwelijk met Marie-Christine Meersschaert, was er die andere Vriend, die mijn getuige was, in het gemeentehuis van Elsene.

            

Ik heb ook altijd heel veel gehad aan die Vriendschap van/met Raf PEETERS,

ik wil het hier en nu daar niet over hebben,
omdat we gelukkig ook nu nog heel wat zaken samen beleven.
Al van sinds onze studies aan het Koninklijk Atheneum Etterbeek
en daarna aan de RijksNormaalSchool te Sint-Pieters-Woluwe
en nog later aan de STAFF Klup,
bij de ToneelVrienden van Evere,
in TSLEUTELGAT in Haren en
bij de Jeanneke’s Boys van Evere, …

De getuige van Marie-Christine was niemand minder dan Madame Margot, van het studentencafé “Le Printemps”.
Behalve haar moeder wenste niemand van haar familie nog ooit contact met haar te hebben, omdat ze aan de VUB ging studeren en niet aan de KUL, zoals haar schatrijke peter, notaris in Kortrijk, dat wenste.


Na “het officiële” gedeelte
werd er stevig gefeest
in de parochiezaal
van Neder-Over-Heembeek

 

Had Christine naar haar peter geluisterd, dan had hij haar studies betaald, de huur van haar kot, hij zou haar zelfs een auto gekocht hebben. Omwille van haar bewonderenswaardige “ongehoorzaamheid” heeft ze haar plan moeten trekken met het kindergeld. Meer kreeg ze niet van haar vader, die blijkbaar ook nog een of andere schuld te vereffenen had met zijn vader.

Margot stemde onmiddellijk in, toen we haar vroegen of Christine bij haar de mansarde mocht huren.

Dat huwelijk met Marie-Christine
heeft echter niet lang stand gehouden :
wie trouwt er ook op een 1 april ?

Ik gaf toen al een tijdje les, Nederlands en Engels, aan het Koninklijk Atheneum Asse (vanaf september 1971) en Christine gaf toen ook les Frans aan het Instituut Funck van de Stad Brussel.
We moesten ook bij mijn ouders geld lenen, want toen moesten beginnende leerkrachten nog maanden wachten om hun eerste loon te ontvangen.

Na mooie jaren fijne verliefdheid, die we voor elkaar voelden – reeds van aan het Koninklijk Atheneum Etterbeek in 1965 en daarna aan de VUB, waar zij Romaanse studeerde en ik Germaanse – verliep ons leven plots heel wat minder romantisch. We moesten onze boterham nu zelf verdienen : werken !
We hadden nog maar weinig tijd voor mekaar : allebei zaten we ’s avond aan een bureautje met onze taken, lesvoorbereidingen, verbeteringen, … en ’s morgens moesten we ook allebei vroeg naar school vertrekken.

Daar heeft toen een collega van mij misbruik kunnen maken om zijn driften te botvieren.
Hij had wèl tijd voor haar en zij vond dat wel aangenaam.
Eigenlijk had ik het kunnen weten, want bij ons huwelijk had hij reeds een reuzenboeket baccara’s voor haar mee. De gluiperd! Misschien is het daardoor dat ik het direct door had toen ze zelf met hem contact nam voor hun eerste afspraak.

Dat gebeurde zo :
Ik weet niet meer waarom we in centrum Brussel waren, maar ik herinner me dat ze me zei dat ze naar haar moeder wou bellen in een van de telefooncellen aan het Noordstation. We spraken af dat ik haar zou komen halen nadat ik ondertussen naar de platenwinkel in de Brabantstraat zou geweest zijn. Maar die zaak was die dag gesloten. Vandaar dat ik vlugger terug was dan voorzien.
In die telefooncentrale waren er aan één kant cellen voor de zone Brussel en aan de andere kant cellen voor buiten Brussel. Haar moeder woonde in een gemeente in de buurt van Kortrijk …
Maar, toen ik daar op haar stond te wachten, kwam Christine uit een telefooncel van de zone Brussel.
ik begrijp nog steeds niet hoe het kwam, maar ik weet nog heel goed hoe ik haar confronteerde met haar leugen: “Heb je naar Miel gebeld?” Echt geen idee waar ik dat toen haalde.
Ze kon niet anders dan bekennen …

Daarna volgde er alleen maar een tijd van kommer en kwel …
Zij met hem !!! Haar Vriend … al bleef dat spelletje niet duren. Maar er ze beleefde nog andere “romances”, die spijtig genoeg allemaal faliekant uitdraaiden. We ontmoetten elkaar af en toe in het mooiste dorp van Europa = Brussel … tot ze helemaal op de dool geraakte en er zelf een punt achter zette.

Nadat ik als “Cocu Magnifique” maanden treurde en liters tranen had gelaten, en ook liters alcohol door mijn strot had gegoten, besefte ik dat het zo niet verder kon. Christine kwam alleen thuis slapen als hij geen tijd had voor haar, of geen zin in haar. Dan lag ze naast mij in ons “huwelijksbed”, rug aan rug. Herstelling was niet meer mogelijk. Alleen de spanningen stegen en de agressiviteit.
Uiteindelijk besloot ik om dan ook op avontuur te gaan, op zoek naar wat warmte en liefde. Zo maakte ik kennis met enkele Prachtige nieuwe Vriendinnen, waar ik nog steeds alleen maar positieve herinneringen aan over houd. die relaties verliepen wel altijd met het duidelijke “no strings attached”. Ik maakte steeds van meet af aan duidelijk dat ik niet meer geloofde in een trouwe vrouw …
Maar ook al was ik altijd eerlijk en oprecht, ik vrees dat er enkelen toch hoopten dat ik nog van gedacht zou veranderen. Misschien hebben die dan de schade ondergaan die voor mij nodig is geweest om opnieuw mezelf te kunnen worden. Toch weet ik zeker dat àlle Vriendinnen steeds enorm heb Lief gehad.

0
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Vriendschappen – – – ze bestaan in soorten – – – Part 3 = Geert CURRINCKX

Vriendschappen

Ze bestaan in soorten … … …                                                 Part 3

Èchte Vriend(schapp)en
Hoe ze ontstonden
en
nu slechts mooie herinneringen zijn
omdat die Vrienden zijn heen gegaan
naar nergens …

Geert CURRINCKX
(24/03/1948
12/06/2012)

We kruisten elkaar in de hall van de Académie de Musique de Schaerbeek.
Ik ging er naar de notenleer en de pianoles. Jij ging er naar de les harp.

Vele jaren later stonden we samen in de grote aula van de VUB-ULB op de Campus Solbos
en we herkenden elkaar op onmiddellijk die eerste dag van onze vier jaar aan de Germaanse Filologie en we lieten elkaar nooit meer los …

We werkten samen aan het poëzie tijdschrift HAND, al was je er niet bij toen het eerste exemplaar bij mij thuis gestencild werd op donderdag 21 maart 1968 (te dicht bij je verjaardag?). Stichters waren Michel Bartosik, Dirk J.A.Lissens, Hendrik Mertens, Freddy Smekens, Henri Vandenberghe en Gust Van Hove. Alice De Graaf nam het secretariaat voor haar rekening. Het eerste gesigneerde exemplaar heb ik altijd zorgvuldig bijgehouden. Er werden er wel gedichten van jou in de volgende exemplaren opgenomen. En we gingen ook samen optreden op verscheidene poëzieavonden …


Zoals die van de woensdag avonden in de STAFF KLUP in de Poststraat te Schaarbeek, niet ver van waar je woonde. Er werden ook concerten georganiseerd en studentenfeesten. Johan Verminnen trad er op met zijn skiffle groep, Jonathan’s Ark.
De coördinatie van de poëzieavonden lag in de deskundige handen van de veel te vroeg overleden Jan De Roek (13/03/1941-04/09/1971), Assistent aan de Vrije Universiteit van Brussel bij Prof.Dr. Jean Weisgerber.

In HAND nr3 (januari ’69) verscheen van jou onder andere dit gedicht met als titel
/het gebeurde/for cruelty/
1
ongeduldig 
spant de stad nu
in een spel van geuren
bundels tijd en ruimte
om je heen
2
ik voel
het leven
3
“wat dat de wereld is …”
nee
eenzaamheid slaat
tartend open
het schokken
wordt nu echt
wredere breek ik
4
straten
tekenen ver en eenzaam
een scheiding die
eeuwig
zou kunnen zijn
5
ik
ben de spil
die alles van zich
afgooit
ik loop een kring
_______________________

Je was ook een van die talrijke ijverige vrijwilligers die het Jeugd- en Cultuurcentrum TSLEUTELGAT (1975-1887), gesticht door Herman Pint, Paul Maes, Robert Verschueren en ikzelf hielp groeien en bloeien tot een echte club met trouwe aanhangers. Velen onder hen waren dan in 1977 ook de eerste vrijwilligers die meehielpen om het festival BROSELLA Folk in het Ossegempark vorm te geven, toen ik van de Stad Brussel de opdracht kreeg om het Groentheater aan het Atomium, dat na de Expo’58 niet meer was gebruikt, een nieuw leven te geven.

Jij was in 1986 medestichter alsook gedroomde Voorzitter van de vzw “De Vrienden Van Brosella” die van het BROSELLA Folk & Jazz festival een Groot Brussels evenement te maken.

     

Zonder jouw morele steun en effectieve medewerking waren ook de BROSELLA Guitar Fair, de DJANGOFOLLLIES en de PALACE MUSIC CLUB er nooit geweest.

Van je Vrienden moet je het hebben !

Toen ik, in 1992, met een zware depressie te kampen had en gedurende een aantal maanden thuis in de sofa gekluisterd lag, stond jij elke donderdagmiddag aan mijn deur om mij uit mijn zetel te halen om samen naar de chinees te gaan. Jij stond toen in het onderwijs, maar had in die periode op donderdag namiddag een leeg uurrooster. Wie doet zoiets ? Tenzij een èchte Vriend !

 

Deze foto © Annie Boedt bij mijn verjaardagsfeest 6 januari 2012 @ Eldorado Humbeek
was de laatste waarop jij, mijn Vriend nog
“in orde” was.

 

Kort daarna werd je in het ziekenhuis opgenomen
en nog in een ander hospitaal, zo gezegd voor een “second opinion”

 

Maar je kwam er niet meer uit …

 

Dit was een Vriendschap die alle obstakels overwon …
tot het einde

       

Je had op een paar jaar tijd je moeder, je vader en je echtgenote verloren en dat zijn klappen voor een mens. Zelfs voor zo’n sterke gewezen bruine gordel in de judo zoals jij. Zelfs voor een strak gestructureerde reservering-officier zoals jij …

op je uitvaart waren ook heel wat andere Vrienden aanwezig
onder andere enkele Oud-studenten van de VUB

Je wordt in alle stilte en heel discreet gemist, mijn Vriend. Vooral door diegenen die de moeite deden om je beter te leren kennen, om door je harnas je burcht binnen te dringen …

____________________________

Geert Currinckx 
24 maart 1948 – 12 juni 2012

Ze zeggen: kiezen is verliezen.
Hier viel niets te kiezen. Verliezen was de enige optie.
Er was geen keuze.

Of toch?
Iemand vertelde me ooit dat je altijd keuzes hebt in het leven, ook al zie je ze soms niet.
Zonder Geert verliezen we een samenzijn,
een zorgen voor,
een goed gesprek,
een grinnikende glimlach onder een witgele snor,
een man die zijn sterke vrouw achter zich miste,
een vader die zijn kinderen stilzwijgend maar fier gadesloeg,
een vriend die je al zo lang kende dat je je afvraagt wat je allemaal niet samen hebt beleefd,
een schoonbroer die er stond wanneer het nodig was,
een nonkel waar je als kind wat bang van was, maar die uiteindelijk onschadelijk bleek,
een man die het leven graag door een lens bekeek of via een boek,
die leefde als een god in Frankrijk.

We zijn iemand verloren die ons nauw aan het hart ligt.
Maar we hebben een keuze.
We kunnen de voorbije weken beschouwen als een mislukte foto,
Of we kunnen van de voorbije jaren een foto maken om in te kaderen.
We zijn met veel. De ambiance die hier hangt onder ons, onder elkaar, is niet treurig. De échte ambiance, de onderliggende sterkte, de samenhang, de vriendschap, is net dezelfde als die die we elk jaar beleven onder de ruisende bomen van het Groentheater.

Een streepje zon, een traan van emotie, muziek, een babbel, een knipoog, herinneringen.

Geert blijft doen wat hij altijd al gedaan heeft. Er zijn mensen bij elkaar. Ze genieten van elkaars samenzijn. Ik ben er zeker van dat hij een nieuw perspectief heeft ontdekt om prachtige foto’s te maken. Van ons.

____________________________

Henri Vandenberghe

18
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Vriendschappen – – – ze bestaan in soorten – – – Part 2 = Antoine COURTMANS

Vriendschappen

Ze bestaan in soorten … … …                                                 Part 2

Èchte Vriend(schapp)en
Hoe ze ontstonden
en
nu slechts mooie herinneringen zijn
omdat die Vrienden zijn heen gegaan
naar nergens …

Antoine COURTMANS
(25/11/1946–07/04/2006)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Très Cher Antoine,

Toen ik van 1967 tot 1971 aan de VUB studeerde, in de afdeling Letteren en Wijsbegeerte, was je secretaris bij de afdeling Kunstgeschiedenis. De cursussen Germaanse Filologie werden toen nog op “de oude campus” (Solbos) gegeven, samen met de ULB. Voor de taalvakken kregen we cursus van Jean Weisgerber, voor de Nederlandse letterkunde (van Paul van Ostaijen tot Hugo Claus), Prof. Baiwir, voor alle Engelstalige literatuur (zijn kennis over schrijvers van de UK, USA tot New-Sealand en Australië was indrukwekkend al was zijn uitspraak van het Engels erbarmelijk, met een sterk Frans accent) en Henri Plard, die ons over Duitstalige schrijvers onderrichtte (onder andere een heel jaar over Bertolt Brecht, dat me tot op vandaag nog blijft inspireren).

De vakken Kunst en Kunstgeschiedenis werden wèl apart in het Nederlands gegeven aan de VUB en in het Frans aan de ULB studenten. Maar er was maar één secretariaat voor beide. En daar was jij secretaris: iedereen kende “den Toine”.
Het heeft je trouwens pijn gedaan dat je moest kiezen bij welke Universiteit je, na de scheiding, werkzaam zou blijven.

Het werd de VUB.

© Dominique De Backer BROSELLA Folk 1977

Op een dag, ter gelegenheid van een Folk concert dat ik er had georganiseerd, vroeg je me om eens te komen luisteren naar je jongere broer, Didier, “want die speelt goed gitaar” … Toen ik daar dan op inging viel ik achterover, want Didier is gewoon een grandioze virtuoos op een gitaar!!!  Ik nodigde hem meteen uit om op een poëzieavond tussen de gedichten door een aantal nummers van Bert Jansch, John Renbourn, Davey Graham en zo te komen spelen. Daarna vormden we, heel even, het duo DeeAitch, waarmee we samen een aantal optredens brachten in enkele folk clubs, jeugdhuizen en zelfs eentje op de Gentse Feesten. Maar het was al vlug duidelijk dat het niveau van Didier voor mij te hoog gegrepen was.
Ik nodigde hem trouwens ook uit om op BROSELLA op te treden.

“Den Toine”, warme “alleman’s vriend”

De feestjes, die je telkens organiseerde op een zaterdag het dichtst bij 25 november, je verjaardag, waren meer dan gewoon legendarisch. Men ontmoette er mensen die men eerder niet had ontmoet. Sommigen werden ook vrienden: “Les Amis de mes Amis sont mes Amis” En dat zijn – of waren – er veel, veel te veel om op te noemen. “Waren”, want heel wat van die Vrienden zijn je ondertussen gevolgd naar de eeuwigheid of naar het Oosten, naargelang hun persoonlijke keuze.

Echt “alleman’s vriend”

Je vriendschappen met muzikanten in het algemeen en met Derroll Adams in het bijzonder was exemplarisch

Zo was je zelfs ook nog tijdens een korte periode

Président van de asbl “Les Amis De Brosella”

Ik herinner me hoe blij je was toen ik je vroeg om die functie waar te nemen :
om dat te vieren sneuvelde er bij jou thuis een hele fles van je beste whisky.

© Geert Currinckx (24/03/1948-12/06/2012)     BROSELLA Folk & Jazz 2005

© Jos Behangsel (08/07/1953-18/12/2022)

 

 

 

 

 

 

 

 

<= bij de persconferentie : Groentheater mei 2005

⬇︎ BROSELLA Folk & Jazz 1996 ⬇︎

 

 

 

 

Je hebt me ook heel veel bijgebracht op het gebied van de Amerikaanse folk, country en blues muziek. En dankzij jou had ik een fijn contact met Derroll Adams.

Weet je nog, die bijeenkomst bij jou thuis, om de Derrol Adams Tribute Big Band samen te stellen? Tussen al je platen zaten toen Danny & Rebecca Adams, Guy Stroobant, Patrick Riguelle en je broer Didier, in de sofa uit te zoeken welke songs van Derroll er op BROSELLA Folk & Jazz 2001 opgevoerd zouden worden en welke muzikanten er daar nog bij zouden uitgenodigd worden. Jan Hautekiet, die er die avond niet bij kon zijn, zou de praktische kant dan voor zijn rekening nemen: repetities inbegrepen …

 

Maar ook jij hebt ons veel te vroeg verlaten !

Le Président (Antoine) – the General Manager (Henri-Rie) – De Voorzitter (Geert) :

Schitterende foto … toch ?
Drie Dikke Buiken met de rug tegen de affiche van BROSELLA Folk & Jazz 1993

en een prachtige overgang naar
Vriend(schapp)en Part 3

 

33
You, YourSelf & RIE
0 Comments

Vriendschappen – – – ze bestaan in soorten – – – Part 1 = Marc BENS

Vriendschappen

Ze bestaan in soorten … … …                                                 Part 1

Èchte Vriend(schapp)en
Hoe ze ontstonden
en
nu slechts mooie herinneringen zijn
omdat die Vrienden zijn heen gegaan
naar nergens …

 

Marc BENS
(14/12/1945
11/05/2012)

We liepen samen “regentaat” aan de RijksNormaalSchool Sint-Pieters-Woluwe: jij in de afdeling Frans-Geschiedenis; ik had voor Nederlands-Engels (en Duits) gekozen.

Het regentaat bestaat al lang niet meer, maar het Koninklijk Atheneum, dat ook diende als “oefenschool” voor de toekomstige regenten, is nu een van de Brusselse “experimenten” van het GO! (Gemeenschapsonderwijs): het is het Meertalig Atheneum Woluwe.

 

Het waren twee prachtige en actieve schooljaren met tevens allerlei buitenschoolse activiteiten. We gingen met de hele klas naar toneelstukken kijken in de KVS … en liepen daar soms weg tijdens de pauze. We organiseerden ook zelf allerlei leuke dingen, zoals poëzieavonden, cabaret opvoeringen en dergelijke meer.
Zo stichtten we ook het trio The Woluwe Singers, maar daar was jij enkel een trouwe toeschouwer van: Norbert Schottey, Raf Peeters en ikzelf (van links naar rechts op bijgaande foto) zongen negrospirituals, zoals het Cassiman trio of The Carter Family.


Na je legerdienst

Na die twee jaar, tijdens je legerdienst, schreef je naar alle klasgenoten van de RNS, maar ik was blijkbaar de enige die antwoordde … en zo begon een hechte Vriendschap voor het Leven.

Poëzie

We hadden allebei een vlotte pen, schreven graag artikels, essay’s, korte stukjes en vooral ook poëzie.

We schreven gedichten naar mekaar, maar niet zomaar … Het was ons niet alleen om de Woorden te doen. Ook de Vorm was belangrijk: het was ook een uitdaging om allerlei ondergronden te gebruiken, van bierkaartjes over zilverpapier, om onze “poëzietjes” op te typen met de toen nog gebruikelijke typemachine … in mijn geval was dat een zachtgrijsgroene, draagbare mechanische schrijfmachine van het merk Hermes, met een draagkoffer met een handvat aan.

In 1967 organiseerde ik een poëzie-avond in het ter ziele gegane kleine Waltra Theater (toen gelegen naast de KVS) te Brussel: hiervan werden fragmenten op BRT TV uitgezonden in “Tienerklanken” van René Pieyns. Jij was er toen ook bij (geknield op de foto), net als Leon Lamal (sigaret in de mond), Jan De Corte, …

Een andere keer reden we met je rode Citroën tweepaardje naar een poëzieavond  in Hoeilaart of was het Overijse, met Johan Verminnen achterin. Die had een soort doodskist op zijn schoot: zijn broer Bert had hem namelijk een gitaarkist gebouwd, want Johan had toen het geld (nog) niet om er zelf een te kopen. Die avond was georganiseerd door Leon Lamal. Wij gingen er onze eigen gedichten voordragen. Johan zong er tussendoor enkele van zijn liedjes …

We werkten samen aan het poëzie tijdschrift HAND, al was je er niet bij toen het eerste exemplaar bij mij thuis gestencild werd op donderdag 21 maart 1968 (te dicht bij je verjaardag?). Stichters waren Michel Bartosik, Dirk J.A.Lissens, Hendrik Mertens, Freddy Smekens, Henri Vandenberghe en Gust Van Hove. Alice De Graaf nam het secretariaat voor haar rekening. Het eerste gesigneerde exemplaar heb ik altijd zorgvuldig bijgehouden. Er werden er wel gedichten van jou in de volgende exemplaren opgenomen. En we gingen ook samen optreden op verscheidene poëzieavonden …

Zo publiceerde HAND in het nr3 van januari ’69 het volgende gedicht van Marc Bens :

sourire brillant de larmes
pour que demain soit aujourd’hui
il faut que hier soit infini
sans vengeance et sans armes

un ami n’est pas fait pour sourire
il est fait pour essuyer le temps
et le temps passé ensemble
fera sourire ta vie

pour Antinée seule
____________________________

Marc Vrij-Williger Bens

© Dirk Stallert

Zowel op het BROSELLA Folk & Jazz festival als op HAREN: EEN OGEN-BLIK! het verjaardagsfestivalletje van TSLEUTELGAT, Jeugd- en Cultuurcentrum te Haren, Brussel, kwam je graag af en toe al eens een handje helpen.

Marc Bens – Paula Van Hoovels – Robert Verschueren – “Kokkie” Marc Van Hoovels – Mie

Een glas faro (in een plastieken beker)
met of zonder knipoog ?
“Zonder” was gewoon, puur faro van ’t vat …
“Met knipoog”?
Dan was er ook een scheut whiskey bij.  

“Petit filou, va !”

Marc

Je was veel meer voor mij dan gewoon “een Vriend”.
Jij was voor mij, als enig kind, een Broer die ik zelf gekozen had
zowel als jij mij toen ook had gekozen, na onze RijksNormaalschool studies.

 

Maar je hebt ons zo plots en zo abrupt verlaten :
je echtgenote, stiefdochter, stiefzoon, hun kinderen, je vrienden, …
om heen te gaan … naar nergens … en zonder ons !!!

Soms vraag ik me af
of ik je in je laatste jaren niet diep ontgoocheld heb

of mijn vriendschap toch te discreet en te oppervlakkig geworden was ???
Toch hou ik je ergens in een veilig plekje, diep in mijn hart.

11
You, YourSelf & RIE
0 Comments

2024 0613-17 – – – Welkom in Brugge

Welkom in Brugge

2024 0613-17

Brugge aan de Borst in de Spinolalei

 

 

Telkens we een uitvlucht vinden om voor een paar dagen naar Brugge te gaan, zij het voor een jazz evenement of voor een ander cultureel alibi, hebben wij het geluk van te mogen logeren in Het Huisje van mijn Goede Vriend
Geert Currinckx (24/03/1948-12/06/2012)
die wij nu al vele jaren missen

6 januari 2012 @ Eldorado Humbeek
(deze foto © Annie Boedt)

Elke keer, wanneer we door “Brugge die Scone” wandelen,
ontdekken we weer nieuwe, inderdaad Schone schatten,
die voordien aan ons oog verborgen waren gebleven.
Omdat we niet goed genoeg kijken. Zoals dit beeldje op de hoek van de Spinolalei en de Engelsestraat, dat we, onderweg naar het centrum, nu voor het eerst ontdekten.

 

 

Sint-Salvatorkathedraal 

Deze katholieke kerk, gewijd aan de Verrezen Zaligmaker en aan Sint-Donatiaan, de patroonheilige van  de stad Brugge, van boekenschrijvers en drukkers. Volgens de legende en het geloof wordt de voorspraak van Sint Donatius ook ingeroepen tegen bliksem, droogte, hagelbuien, onweer, overstromingen en storm. Hij kan tegenwoordig dus ook goed van pas komen.

We waren voordien nog nooit binnen geweest in de Sint-Salvatorkathedraal, de kerk waar de beruchte bisschop Roger Van Gheluwe de mis celebreerde.

Tegenwoordig moeten/mogen wij hem “Belgisch gelaïciseerd bisschop van de Rooms-Katholieke Kerk noemen” en braaf zijn pensioentje blijven betalen. Want in ons land, waar Kerk en Staat (zogezegd) Wettelijk gescheiden zijn, is dit individu zich nooit voor het gerecht moeten gaan verantwoorden.

Deze Katholieke Kathedraal bezit dus niet alleen wereldfaam omdat er prachtige kunstwerken in bewaard zijn. Men kan er niet alleen heel wat Vlaamse Primitieven bewonderen, die helemaal niet primitief waren.

ESSE EST PERCIPI

Tegenwoordig staat er ook een recent monument in de kathedraal: “ESSE EST PERCIPI”.
Na de reeks “Godvergeten” op de VRT

gebeurde er verder niets met het ongenaakbare individu dat, voor de gewone brave zielen onder ons, nog steeds ongestraft rondloopt, alhoewel hij zoveel kinderen heeft misbruikt.

De Katholieke Kerk van België bleef de oude houding hanteren van “Wir haben es nicht gewußt” … tegen beter weten in.

 

Het Bisdom Brugge stemde er uiteindelijk toch in toe om deze herdenking aan de slachtoffers van seksueel misbruik in hun kerk te plaatsen.

 

Ik ben benieuwd of de paus, die in september 2024, ons land komt bezoeken, de tijd zal hebben/krijgen/nemen, om, in naam van al zijn paters, pastoors en bisschoppen die hun handen niet hebben kunnen af houden van andermans kinderen, vergiffenis te vragen aan alle slachtoffers.
Misschien kunnen diegenen die hem hebben uitgenodigd, de KUL, de UCL en onze Koninklijke Familie, daarvoor zorgen …???…
Wij, Brave Belgische Belastingbetalers, mogen wel mee opdraaien voor de kosten … al zijn in België Kerk en Staat zogezegd gescheiden !!!

Voor de rest staat die kathedraal,
net als de meeste andere kerken,
vol rijkdommen.
Al verdelen ze, naar het schijnt,
alle giften altijd “onder de armen”

(“onder hun armen”, bedoelen ze, denk ik).

 

Alleen al met het bladgoud op de kaders zouden ze heel wat armen kunnen uit hun armoede helpen !!!

Dit marmeren beeld van een rustende Aartsbisschop, die daar ligt te genieten van het “onderhoudsgeld” waar de Belgen voor zorgen, is uiteraard niet onze vriend Van Gheluwe. Het gaat om Jan Baptist de Castillion (21 juli 1743 – 26 juni 1753). Over hoe hij “Laat de kinderen tot mij komen” interpreteerde heb ik niets gevonden.

Roger Vangheluwe heeft in het Bisdom West-Vlaanderen “de plak gezwaaid” vanaf 3 februari 1985. Tot 22 april 2010 heeft hij rustig zijn gangen kunnen gaan en “af en toe” eens “een beetje te lief geweest” met een neefje en een aantal andere “kindjes” …
Diocesaan administrator Koen Vanhoutte heeft dan van 22 april tot 10 juli 2010 zoveel mogelijk de “rotzooi opgekuist” … al is dat tot op heden nog steeds niet goed gelukt. Ook de volgende bisschop, Jozef De Kesel (10 juli 2010 – 6 december 2015), bleef warm en koud blazen over het seksueel misbruik in de Kerk. Vanaf 4 december 2016 probeert de nieuwe bisschop, Lode Aerts, de stilte te koesteren … tevergeefs … Benieuwd wat Paus Franciscus Jorge Mario Bergoglio (Buenos Aires, 17 december 1936), de 266ste bisschop van Rome en paus van de Rooms-Katholieke Kerk daarover zal vertellen bij zijn bezoek aan België in september 2024 … dus toch nog vóór de gemeenteverkiezingen.

Ik heb een Klein Foutje ontdekt in de Tekst op deze foto :

“Franciscus gaat naar het banket, betaald door de Belgische Kerk.
Jan, slachtoffer van misbruik binnen de Kerk, gaat naar de voedselbank”

Moet zijn :

“Franciscus gaat naar het banket, betaald door de Belgische Belastingbetaler.
Jan, slachtoffer van seksueel misbruik binnen de Kerk, gaat naar de voedselbank”

Maar gelukkig …

is er nog zoveel meer
Schoonheid
te ontdekken in BRUGGE

zoals dit huis op de hoek in de straat naast de Sint-Salvator kathedraal

 

 

en het restaurant ’t Fonteintje op de hoek van het Simon Stevinplein aan de kant achter het monument.

 

 

 

Onlangs deden we een leerzame
BRUGGE wandeling met een interessante gids

Die leerde ons onder andere meer over Simon Stevin :

Simon Stevin was geboren in Brugge in 1548 en overleden in Den Haag of Leiden (men weet het niet zeker) in februari 1620. Hij was een wiskundige, natuurkundige en ingenieur. Hij introduceerde het decimale stelsel voor breuken in de westerse wereld en gaf de vestingbouw een wiskundige grondslag. Hij leverde als pionier vele bijdragen aan theorie en praktijk in wiskunde en natuurkunde en toegepaste wetenschappen als waterbouwkunde en landmeetkunde. Eigenlijk bedacht hij eigen wetenschappelijke termen, zoals “wiskunde”, “natuurkunde”, “scheikunde”, “sterrenkunde”, meetkunde”, evenredigheid”, “middellijn”, “noemer”, … 

 

Onder weg leerden we ook een en ander over een meridiaanlijn of middaglijn :
dat is de concrete vorm (materialisatie) van een deel van een meridiaan bijvoorbeeld in de vorm van een strip. Die lijn loopt precies noord-zuid.
Op de Grote Markt bij het laatgotische hoekhuis Bouchote, waar nu tearoom Meridian 3 gezeteld is, is iets bijzonders te zien. Op het dak van dat huis staat een met bladgoud beklede bol. Hoe die 50 cm grote bol daar kwam is een apart verhaal. Toen ergens eerste helft 19e eeuw de spoorlijn Brussel – Gent – Brugge werd geopend bleek dat de klokken in België niet overal gelijk liepen. Dat probleem wist professor Adolphe Quetelet, directeur van de Koninklijke Sterrenwacht van België, in 1837 in Brugge op te lossen. Op het plein vormen de koperen nagels een zogeheten middaglijn. En bovenop dat hoekhuis zette hij die bol neer, die een middagwijzer voorstelde. Wanneer de schaduw van de bol precies op de lijn valt is het exact 12.00 uur plaatselijke zonnetijd: de ware middag, het moment dat de zon op haar hoogste punt staat.
In Brussel bevindt de meridiaanlijn zich in de Kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele.

 

Aan de Koninklijke Stadsschouwburg bewonderden we het standbeeld van Papageno, een figuur uit de “Toverfluit” van Wolfgang Amadeus Mozart

 

 

Wanneer we in Brugge verblijven
gaan we meestal minstens één keer ontbijten
rechtover de Stadsschouwburg,
in de Patisserie VAN MULLEM,
bij Servaas Van Mullem & Didier Vinke

 

 

 

Telkens we in Brugge verblijven lopen we er meermaals voorbij …

De Berg van Caritate

Inderdaad, in de Langerei 7, niet ver van Het Huisje waar wij dikwijls mogen logeren, ligt het gebouw dat vroeger de Berg van Barmhartigheid van Brugge was van 1628 tot in 1975.

Alleen in BRUSSEL bestaat zo’n pandjeshuis nog !!!
en dat is het laatste in België !!!

Le Mont de Piété = Berg van Barmhartigheid

in de Sint-Ghisleinstraat 19-21-23 rue Saint-Ghislain
in de Marollen = 1000 BRUSSELS

BRUGSE TRIËNALE 2024

Voor de Brugse Triënnale 2024 (hedendaagse kunst en architectuur, verspreid over de hele stad) onder het thema “Spaces of Possibility” stonden de laarzen van de kat in het water …

In de wandeling heb ik er maar eentje gefotografeerd, van op de brug langs de Beenhouwersstraat

Er was geen tijd meer voor meer

Deze keer …

 

© Rie 2024 0725

 

 

 

 

 

2
You, YourSelf & RIE
1 Comment

2023 1116 Lekke Band op weg naar JAZZ BRUGGE

Lekke Band op weg naar JAZZ BRUGGE

2023 1116-20

Op donderdag 16 november 2023 vertrok ik omstreeks 15:30 naar Brugge, om daar
het JAZZ BRUGGE festival bij te wonen.
Onderweg, op de E40, voelde en hoorde ik echter plots, omstreeks 16:30,
dat ik achteraan rechts aan de wagen een lekke band had.
Ik moest me op de pechstrook gaan parkeren.
Links van mij vlogen veel vrachtwagens en andere gehaaste voertuigen aan hun maximaal toegelaten snelheid voorbij, wat mijn autootje af en toe ook wel eens stevig deed heen en weer wiebelen door de luchtverplaatsing.

Kalm blijven, dacht ik … blijf kalm

Na wat heen en weer getelefoneer vanuit de wagen, met onze verzekeraar  en ook rechtsreeks met het Baloise Assistance Team, werd ik op zeer efficiënte wijze uit de nood geholpen: de dame aan de lijn – was dat echt een dame, of een elektronische stem? – vond het dossiernummer terug van onze omnium verzekering en vroeg me om telefonisch bereikbaar en in de buurt van mijn voertuig te blijven; ze beloofde me dat er snel een pechverhelper contact zou opnemen; dat gebeurde – mits nog wat geduld – allemaal, zoals gepland …
Het Baloise Europ Assistance Team, die de zaak ondertussen had overgenomen, meldde me dat ik, volgens mijn verzekering, recht had op één sleeping (indien dat nodig zou blijken).
Pechverhelping AUTO’S COOL Rik LICHTERVELDE kwam nog een uurtje later ter plaatse aan met oranje zwaailichten vooraan en achteraan, want achter de takelwagen volgde nog een camionnette met eveneens zwaailichten. Beide chauffeurs stapten: die van de camionette achteraan stond meteen te zwaaien met een oranje lichtgevende “banaan” om het verkeer tot kalmte en voorzichtigheid aan te manen. Mijn wagen werd op de takelwagen getrokken en ik mocht vooraan naast de chauffeur instappen.
De man vertelde me dat hij eigenlijk om 18:00 bij zijn boekhouder verwacht werd en dat zijn dochter daar al was, maar dat hij mij toch eerst had willen komen depanneren.
Waarop ik hem zeer uitdrukkelijk mijn dankbaarheid betuigde.
Hij vroeg me dan of ik er bezwaar zou tegen hebben om, ofwel in de vrachtwagen te wachten, ofwel in een herberg, waar hij mij zou afzetten om dan naar zijn boekhouder te gaan en mij nadien te komen afhalen en me in Brugge voor de deur van mijn logies te brengen.
Ik vond dat helemaal niet erg, want ik was hem zo dankbaar voor de depannage en het kwam nu toch ook niet meer op een uurtje wachten.
Ik dronk dan een paar koffietjes in dat gezellig cafétje, waar ik tevens genoot van de hevige discussies van enkele licht over hun theewater geraakte klanten. Het ging over hoeveel beter het was om in Spanje met vakantie te gaan of er zelfs te gaan wonen : “drie euro voor een wijntje en dan krijg je er nog tapas bij en na nog een wijntje of twee moet je zelfs niet meer gaan eten, want dan heb je al geen honger meer”. Dit was maar een van de vele discussie punten aan de toog en aan een hoge tafel. Terwijl ik aan een lagere tafeltje deed alsof ik diep verzonken was in lectuur op mijn iPhone.
Omstreeks 21:00 werden de stoelen op tafels gezet, de gordijnen dicht geschoven en andere signalen maakten duidelijk dat het tijd was om het cafétje te sluiten. Ik belde meteen naar Rik van de AUTO’S COOL uit Lichtervelde, dat ik dreigde op een vriendelijke manier op straat gezet te worden.
Hij kwam me dan vijf minuten later halen en bracht me tot voor de deur van Het Huisje waar ik telkens mag logeren als ik voor een paar dagen naar Brugge ga.
Rik van de pechverhelping kroop dan op zijn camion om me mijn bagages te overhandigen.
We spraken af van mekaar ’s anderendaags te bellen om te bespreken hoe het nu verder moest met mijn lekke band.
 Nadat ik mijn koffers in de kamer had gezet ging ik nog een wandeling doen door Bruges by Night om een frisse neus te halen na die stress toestanden onderweg naar Brugge die Scone 
De lichtjes van de stad stemden mij opnieuw vrolijk. Er was tenslotte niets ergs gebeurd …
           
Ik besloot van een ORVAL te gaan drinken in de
en wandelde dan langs de donkere maar verlichte straatjes
van Brugge naar Het Huisje terug …
onderweg genietend van de Brugse WINTERGLOED
De garagist uit Lichtervelde belde me een paar keer gedurende het weekend, want het was blijkbaar niet evident om hetzelfde type band te vinden dat hij op mijn rechterachterwiel zou plaatsen.
Alles kwam dus uiteindelijk goed …
zoals altijd …!!!…
en ik had ook nog het voordeel dat ik gedurende het weekend niet moest sukkelen om in Brugge ergens mijn auto te kunnen parkeren
Bovendien stelde een Lieve folk & jazz-vriendin uit Brugge me voor om me de maandagochtend naar de garage te brengen, zodat ik met pak en zak ter plaatse, vanuit Lichtervelde terug naar huis kon rijden, naar Grimbergen (Vlaams-Brabant 😉). Ze kwam me aan Het Huisje ophalen. We gingen eerst samen ontbijten. Dan bracht ze me met pak en zak naar de garage in Lichtervelde.
En …
er was ook nog een toemaatje :
Rik van Auto’s Cool vond dat hij me een fles rode wijn cadeau moest doen
omdat ik zo vriendelijk was geweest om donderdagavond in dat cafétje op hem te wachten.
Zo …
geef toe …
dat was me nogal eens een avontuur …
en dan heb ik het hier nog niet gehad over het JAZZ BRUGGE festival …
17
You, YourSelf & RIE
0 Comments

“Freddi Smekens in de Bloemekes”

Op zondag 22 oktober 2023
om 15 u 00

“Freddi Smekens in de Bloemekes”

in Het Goudblommeke in Papier
Cellebroersstraat 55 rue des Alexiens
1000 BRUSSELS

wordt het boek “MIJN NAAM IS CELSIUS” voorgesteld.

 

Het is een bloemlezing uit de gedichten en columns van de Brusselse dichter en journalist
Freddy Smekens, uitgegeven bij Fluxenberg
en te danken aan de niet te onderschatten ijver van Johan Wambacq.

Frank De Crits, Jan Struelens, Toon Van Scharen en ikzelf hebben elk een stukje geschreven voor de bloemlezing van Freddi’s biografie. Tussendoor zullen we enkele van onze favoriete gedichten van Freddi voorlezen en korte anecdotes vertellen. De Brusselse folk muzikant Mars Moriau zal daar letterlijk wat vrolijke noten tussen droppen.

Een organisatie van de vzw Geert van Bruaene,
       i.s.m. het Masereelfonds Marollen. 

Vrije bijdrage.
Graag reserveren met een mailtje 
aan
geertvanbruaene@goudblommekeinpapier.be.

“Mijn naam is Celsius”

Freddi Smekens (1949) publiceerde slechts twee bundels: Merkwaardig verdriet (1977) en (entropie) (1988). Hij hield er een stevige reputatie aan over. Voor Brussel Deze Week/Bruzz schreef hij, naast artikelen en interviews, ook talloze columns, over Brussel en het Brussels dialect en nog zo een en ander.

Deze bloemlezing verzamelt alle gedichten uit de bundels, aangevuld met gedichten die in tijdschriften opdoken en gedichten die uit privé-collecties werden geplukt. Daarnaast bevat zij een snedige selectie van de columns.

De bloemlezing wordt ingeleid door Smekens’ literaire kompanen Frank De Crits, Jan Struelens, Toon Van Scharen en Henri Vandenberghe en door Brusselse metgezellen Josse De Pauw, Dirk De Prins, Marc Didden, Frank Schlömer en Johan Verminnen.

Bloemlezing gedichten en columns
304 p.
ISBN 9789464519174; NUR 306

Wil je dit boek kopen?
Fijn!
Stuur dan maar gauw een mailtje
naar flux@fluxenberg.be
met de titel van het boek
het aantal gewenste exemplaren
je voornaam, naam en volledig adres
Voor die € 24,90, verzendkosten niet inbegrepen
zou ik deze kans toch niet laten voorbijgaan.

Freddi Smekens

Portret van Freddi Smekens

Quote

  • De gedichten van Smekens zijn scherp geslepen messen die diep in het vlees van het bewustzijn kerven om er een onuitwisbaar merkteken na te laten.

    Herwig Leus, Poëziekrant 13/2, maart-april 1989

Goede Vrienden,
ik hoop jullie talrijk te mogen begroeten
in Het Goudblommeke In Papier

en hopelijk hebben ze dan dat douchegordijn voor de stripmuur
“Stam & Pilou” van De Marck & De Wulf opzij geschoven
zodat we het nog eens mogen zien
want schrijvers, tekenaars en andere kunstenaars houden niet zo van censuur

GEEN CENSUUR !!!

55