Sharing the Experience
_______________________________________________
Consultancy, Coaching, Supervising
(Founding member of “Tsleutelgat” Haren-Brussel: 1975)
(First Youth worker @ Service Jeunesse Ville de Bruxelles > 1976)
(Founding member of “Cultureel Animatiecentrum Beursschouwburg”: 1990)
(Founding Father of Brosella: 1977)
(Founding Father of Djangofolllies: 1994)
(Founding Partner with Kunsthumaniora Brussels of Kristal Klaar: 2008)
(Member of the Direction Committee of “Jeugd & Muziek Brussel”: 1991-2002)
(Lid van de Bemiddelingscommissie Jeugdbijstand: 1998-2010)
(Honorary member OSB-VUB sinds 24 maart 2001)
(Founder of the Palace Music Club: 2005-2008)
(Vlaams-Brusselprijs 2008 voor Brosella)
(Brusseleir vè et leive: 2014)
(Founding Member of Brussels Jazz Platform: 2015)
(Bronzen Zinneke de Bronze: 10 July 2016)
(Honorary Key Holder Brosella: 28 May 2018)
(Member of “The Jazz Station” > 3 July 2018)
(Member of “SceneOff” > 27 August 2018)
_______________________________________________
Op 6 april 1992 begonnen de beschietingen van de Bosnische hoofdstad Sarajevo, het begin van een bloedige belegering die maar liefst 46 maanden zou duren. De beelden die we nu zien in Oekraïne – dode mensen op straat, burgers in schuilkelders of op de vlucht – doen sterk denken aan de oorlog in Bosnië.
In januari 1994 trad Luitenant-Generaal Francis Briquemont gedesillusioneerd af over de passiviteit en het onvermogen van de VN, waarbij hij zich beklaagde over de enorme kloof tussen de VN-resoluties, de (on)bereidheid om deze te handhaven en de ontoereikende middelen die aan de VN-commandanten ter beschikking werden gesteld. (F. Briquemont, “Do something, general” Icarus, 1998
Op 14 december 1995 werd het Verdrag van Dayton of de Akkoorden van Dayton (officieel: General Framework Agreement for Peace in Bosnia and Herzegovina) getekend, het vredesverdrag dat een einde maakte aan de Bosnische Burgeroorlog.
De grootste etnische zuivering voltrok zich in Srebrenica op 11 juli 1995.
Daar zijn door Bosnisch-Servische milities op één dag meer dan 8000 personen, voornamelijk mannen met als etnische achtergrond Bosniak, vermoord. Veel van de betrokkenen werden uiteindelijk berecht door het Joegoslavië-tribunaal. Het werd na de etnische zuiveringen in de Tweede Wereldoorlog als een van de gruwelijkste daden in Europa gezien.
LA BENEVOLENCIJA
Luc Van NOTEN en ikzelf trokken, “in naam en in opdracht” van de para-communale VZW “Jeugd in Brussel” van 7 tot 11 februari 1997 naar SARAJEVO om er, samen met die organisatie en het UPJB (Union des Progressistes Juifs de Belgique), een “Culturele Uitwisseling” tussen Brussel en Sarajevo op poten te zetten in de Stad BRUSSEL.
We zouden allerlei activiteiten organiseren rond een tentoonstelling van foto’s van
Edward Serotta.
Het buitengewone verhaal van een handvol Bosnische Joden en hun heldhaftige pogingen om hun vrienden en buren in Sarajevo te beschermen en te redden: Moslims, Serviërs en Kroaten.
Sarajevo
Op vrijdag 7 februari 1997 vertrokken we naar Sarajevo via Zürich en op dinsdag 11 vlogen we terug vanuit Sarajevo via Zagreb en Frankfurt. We beleefden er zeer leerzame dagen. Spijtig genoeg was ons verblijf er te kort om echt dieper in te gaan in onze contacten met de mensen van het plat gebombardeerde Sarajevo.
Maar we kregen er toen wel een resem lessen in Humanitas !!!
Ik hoop later eens een afzonderlijke blog te kunnen wijden aan ons verblijf in Sarajevo na die oorlog in Bosnië.
Maar ook aan de “perikelen” die we meemaakten toen we die activiteiten rond Sarajevo wensten te organiseren bij de Ville de Bruxelles … omdat er ons allerlei “typisch Belgische/Brusselse obstakels” in de weg werden gelegd.
Ook toen dacht men dat zoiets in Europa niet meer zou gebeuren …
tot de Russische invasie van Oekraïne op 24 februari 2022, toen Rusland buurland Oekraïne binnenviel vanuit meerdere kanten in een grote escalatie van de Russisch-Oekraïense oorlog die eigenlijk sinds 2014 gaande is …
En EUROPA weet nog steeds niet hoe het met zulke onmenselijke toestanden moet mee omgaan …
Op maandag 20 maart 2023 had ik genoegen om de lancering van PACT bij te wonen in Flagey. PACT wil in het huidige gepolariseerde klimaat antwoorden geven door middel van vrij onderzoekenwetenschappelijk denken.
De Vrije Universiteit Brussel en curator Alicja Gescinska gaven er het langverwachte startschot voor de Caroline Pauwels Academy of Critical Thinking. PACT-curator, filosofe en opiniemaker Alicja Gescinska gaf in de legendarische Studio 4 van Flagey een lezing over haar nieuwste werk Humanitas, dat medio maart verschijnt. Twee kritische stemmen – Jonathan Holslag en Kathleen Van Den Daele – reageerden op de lezing van Gescinska. Studenten en het publiek in de bomvolle zaal mengden zich volop in het debat.
Wijlen rector Caroline Pauwels was de bedenker van PACT in 2018, toen het nog niet haar naam droeg. Kritisch denken was een permanente opdracht voor VUB-rector Caroline Pauwels (1964-2022). Kritisch denken gaat immers niet zonder slag of stoot, is nooit vanzelfsprekend en gaat altijd gepaard met nuance. En vooral met dialoog. Caroline Pauwels heeft zich enorm ingezet om die dialoog met de samenleving naar een hoger niveau te tillen. Het is die interactie met studenten, met wetenschappers en met de bredere samenleving die de Caroline Pauwels Academie voor Kritisch Denken wil voortzetten.
VUB-rector Jan Danckaert was dankbaar dat de Caroline Pauwels Academy of Critical Thinking met zoveel enthousiasme van start ging. “Met PACT willen we het DNA van onze universiteit zo ver mogelijk verspreiden, we willen kritisch denken als methode breed uitdragen door avonden als deze te organiseren waar kritisch denken een podium krijgt.”
Het curatorschap van PACT is in handen van Alicja Gescinska, filosofe met Poolse roots. Tijdens de lancering van PACT introduceerde zij haar nieuwste boek Humanitas – Een vergeten ideaal. Alicja Gescinska pleit voor een herwaardering van humanitas, van universele menselijke verbondenheid en verantwoordelijkheid, als antwoord op de malaise van onze tijd.
“Humanitas betekent ‘een mededogend mens zijn’: de levenshouding die gekenmerkt wordt door een bewustzijn van de eigen kracht en de daaruit voortvloeiende morele verantwoordelijkheid jegens anderen, en die zich vertaalt in een houding van bescheidenheid, hulpvaardigheid, edelmoedigheid en vriendelijkheid. Humanitas betekent welwillend en betrokken zijn in je houding tegenover je medemens.”
De lezing van Alicja Gescinska werd gevolgd door een repliek van VUB-hoogleraar Internationale Betrekkingen Jonathan Holslag. Hij benadrukte het belang om de nieuwe generatie studenten op te leiden tot kritisch denkende wereldburgers. Kathleen Van Den Daele gaf een tweede repliek. Zij is algemeen coördinator van LEVL, een onafhankelijke participatieorganisatie en opvolger van het Minderhedenforum. LEVL streeft naar een inclusieve samenleving, vrij van racisme en discriminatie. “De strijd tegen discriminatie en racisme is een strijd van ons allemaal.”
HUMANITAS
Bij de lectuur van Alicja’s essay moest ik spontaan denken aan
LA BENEVOLENCIJA
Luc Van NOTEN en ikzelf trokken, “in naam en in opdracht” van de para-communale VZW “Jeugd in Brussel” van 7 tot 11 februari 1997 naar SARAJEVO om er, samen met die organisatie en het UPJB (Union des Progressistes Juifs de Belgique), een “Culturele Uitwisseling” tussen Brussel en Sarajevo op poten te zetten in de Stad BRUSSEL.
We zouden allerlei activiteiten organiseren rond een tentoonstelling van foto’s van
Edward Serotta.
Het buitengewone verhaal van een handvol Bosnische Joden en hun heldhaftige pogingen om hun vrienden en buren in Sarajevo te beschermen en te redden: Moslims, Serviërs en Kroaten.
Sarajevo
Op vrijdag 7 februari 1997 vertrokken we naar Sarajevo via Zürich en op dinsdag 11 vlogen we terug vanuit Sarajevo via Zagreb en Frankfurt. We beleefden er zeer leerzame dagen. Spijtig genoeg was ons verblijf er te kort om echt dieper in te gaan in onze contacten met de mensen van het plat gebombardeerde Sarajevo.
Maar we kregen er toen wel een resem
Lessen in Humanitas !!!
Ik hoop later eens een afzonderlijke blog te kunnen wijden aan ons verblijf in Sarajevo na die oorlog in Bosnië.
Maar ook aan de “perikelen” die we meemaakten toen we die activiteiten rond Sarajevo wensten te organiseren … omdat er ons allerlei “typisch Belgische obstakels” in de weg werden gelegd.
de laatste noten
van dat feestelijk jaar
klonken kleurrijk en klaar
weinigen geloofden
dat het nog goed zou komen
want er had wat meer en beter
over gecommuniceerd moeten
mogen kunnen worden
maar toch werd dat honderdjarige feest
van onze goeie ouwe harmonicavriend
een succes
al was het maar voor mij persoonlijk :
dat ik in de tentoonstelling in het KBR
bezoekers mocht begeleiden in het dialect
dat wij samen gebruikten telkens we mekaar zagen
of elke keer we mekaar aan de telefoon hadden
bracht me telkens weer terug naar een of ander
schoon moment dat ik met jou mocht meemaken
van in 1986 …
toen je aanvaardde om “Peiter te zaain”
van het festival BROSELLA Folk & Jazz
tot je ons allemaal hebt verlaten …
op 22 augustus 2016
we zullen je nu opnieuw met rust laten
Goede Vriend, Gentle Baron, TOOTS THIELEMANS
Niet dat ik gek ben op komkommers. Geef mij liever een fris tomatenslaatje.
Maar het fijne van de “komkommertijd” is, dat de media niet elke dag die onwelriekende politieke spelletjes moeten opvolgen. Want ze zijn allemaal met vakantie. Er is nu ruimte voor meer diepgaand leesvoer …
en of !!!
Gewoonlijk kopen wij onze weekendkranten bij de dichtstbijzijnde Standaard boekhandel. Maar vorige zaterdag (30 juli 2022) waren ze (nog) niet “met zorg gebracht”, ook niet in de grootwarenhuizen … In het vernieuwde station van Vilvoorde hebben we de laatste exemplaren kunnen op de kop tikken … We konden weer naar hartelust een paar dagen lezen …
Nog nooit was die weekendlectuur zo boeiend als vorig weekend …
De Standaard Weekblad
Vorig weekend las ik het fijnste, interessantste De Standaard Weekblad van het jaar van A tot Z.
Dat gebeurt anders bijna nooit. De ondertitel “verhalen, cultuur & gids” was voor het eerst helemaal terecht, vond ik.
Onder de dubbele hoofding “De cultuursector opnieuw sluiten was achteraf gezien een fout” en “Dat was voor iedereen in mijn omgeving vooraf al duidelijk”, maakten Kasper Goethals en Griet Plets een prachtinterview van de stijve minister van Volksgezondheid en de soepele drummer, docent en doctoraatsstudent: een open en eerlijk gesprek met Frank Vandenbroucke en Lander Gyselinck. De verschillen waren nogal te verwachten; de gelijkenissen tussen die twee schone mensen was minder evident.
Het “Pottenbakken om aan jezelf te schaven” sprak me bijzonder aan omwille van de aanpak van het artikel, van de persoonlijkheden die aan bod kwamen. DankUwelllMersie!!! Cathérine De Kock voor deze blik uit een andere invalshoek.
Alleen al de titel van het artikel van Steven De Foer, “DE SLAAF DIE ALS EERSTE ROND DE WERELD VOER”, lokte mijn aandacht onmiddellijk. Dankzij onderzoek van de Amerikaanse historicus Laurence Bergreen wordt ons een totaal nieuwe kijk gegeven op de verdiensten van Fernâo de Magalhâes (Ferdinand Magellaan). Hij sneuvelde op 27 april 1521 onderweg, in Mactan (Filipijnen) en heeft zelf dus nooit de wereld rondgereisd. Er bleven slechts 18 man en één schip over van de 260 manschappen en 5 schepen die op 20 september 1519 vertrokken waren uit Sanlúcar de Barrameda (Spanje). Bij de aankomst van de Victoria ,op 6 september 1522, had Juan Sebasián Elcano het commando in handen. Maar eigenlijk had Enrique, de slaaf, die Magellanan in de Filipijnen gekocht had, al jaren voordien de wereld rondgereisd …
Hoe geschiedenis geschreven wordt …
Maar ook hoe we moeten blijven zoeken naar wat eventueel, misschien, de waarheid zoou kunnen zijn …
En dan dat artikel van Bas van Putten, “Het laatste vluchtoord”, met als ondertitel “In je eentje autorijden is schepen achter je verbranden. De verlossing van het lawaai wordt de confrontatie met jezelf. Daar zie je de holle kern van de mens zonder bereik.”
Zàààlig geschreven. Ontluisterend. Very to the point !!!
Zo’n weekendblad gaf me weer “goesting” om zelf te schrijven …
Een jaar of zestien moet ik geweest zijn …
In een vakantiekolonie in Oostduinkerke was ik als hulpmonitor aangeworven om kinderen te begeleiden en met hen te gaan zwemmen in de zee, te gaan spelen op het strand en in de duinen.
Tegen vier uur bracht men ons grote blikken dozen, zo van die koekendozen, maar dan zonder merk op de doos: dat waren onze boterhammen met choco … en zand.
Het is van toen dat ik altijd zeg: “Eén dag aan zee is gelijk aan een week zand in je bed.”
Het eten was er voortreffelijk in die vakantiekolonie: zowel ’s morgens, ’s middags als ’s avonds.
Bij het ontbijt was er dikwijls een halfgekookt eitje: we sneden onze boterhammen in “soldaatjes” om in het eitje te betten; lekker was dat.
Het middagmaal bestond altijd uit een stukje vlees (zowel kip als runds- of varkensvlees), groenten en flauw gekookte aardappelen. Op vrijdag: vis.
’s Avonds kregen we brood met confituur. Al waren we al wel begin jaren ’60, de vierkante sneetjes wit brood deden soms denken aan dat van de Expo-’58.
Alle kinderen waren blij. Dat dachten wij.
Behalve toen we er eentje moesten gaan zoeken die was gaan lopen: aan onze aandacht “ontsnapt”. Alle monitoren en hulp-monitoren werden onmiddellijk gealarmeerd, zelfs het keuken- en onderhoudspersoneel werd erbij gehaald en er werd een zoektocht georganiseerd. We vonden “ons mannetje” terug in Koksijde. Hij dacht zich nog net te verschuilen tussen geparkeerde wagens, maar we hadden hem gezien. Hij had heimwee naar huis.
Een fijn gesprek met een verpleegster, die hier meer de functie van psychologe moest uitoefenen, gaf hem weer de moed om zijn vakantie verder door te brengen met alle andere kinderen.
Overnachten deden we in een vakantietehuis in het centrum van Oostduinkerke. Zo’n “kamp” lijkt wel op een schoolgebouw, maar het was er wel knus en gezellig gemaakt door het decor dat de kinderen zelf hadden gemaakt op regenachtige dagen.
Sommige bedden piepten wel, maar de matrassen waren zacht. De lakens ook. De dekens van het soort irritante wol, die jeukte, waren het enige minpunt. Het was er, normaal gezien, goed slapen.
Toch werd ik op een nacht plots wakker. Ik droomde dat er een slang in mijn pyjama was gekropen. Maar het was geen slang! Het was de pastoor die in mijn pyjamabroek op zoek was naar dat kleine speelgoed tussen mijn benen. Als zoiets gebeurt krimpen de meeste kinderen en jongeren van angst, te bang om te bewegen, durven niet voor zichzelf opkomen … in die tijd toch zeker niet … want toen “deden pastoors en bisschoppen” zoiets toch niet!
In mijn geval was dat “pech” voor meneer pastoor. Ik was nogal assertief opgevoed en het resultaat was dat meneer pastor een lap om zijn oor kreeg …
De volgende dagen heb ik hem niet meer gezien.
Ik heb er pas later bij stil gestaan: dat het jongetje dat was gaan lopen had misschien ook wel gedroomd dat er een slang in zijn pyjama was gekropen … Maar het was geen slang!
Wie weet …
Misschien heeft hij het aan die verpleegster verteld. Misschien heeft zij die pastoor aangeraden om “ergens anders voor slang te gaan spelen”.
Men zegt ons dat de corona oorlog pas zal gewonnen zijn als iedereen, of toch minstens 70% van de bevolking, gewapend zal zijn met een vaccin maar dat we ondertussen wel wat veldslagen kunnen winne door alles op slotte draaien waar veel volk naartoe komt.
Men zegt ons ook dat menonzeCultuur belangrijk vindt … maar de werkelijkheid is, in deze tijden van pandemie, dat de culturele sector de enige is dieverwaarloosd wordt. Alleen de museums mochten – na de eerste “blijf in uw kot” periode -voorzichtig hun deuren openen. We mogen dus van geluk spreken, want in de meeste andere Europese lidstaten zijn de museumpoorten dicht.
“Iedereen gelijk voor de wet”
Men houdt wel rekening met enkele, vooral economisch belangrijke sectoren. Alle winkels mogen open op voorwaarde dat ze een aantal “regels” respecteren die corona-proof “shoppen” moeten mogelijk maken. Bij voorbeeld: één persoon per winkelkarretje met neus-mondmasker … Voetballers mogen altijd al met de bal “spelen”, het gras vol spuwen en mekaar rond de nek vliegen als ze dan eindelijk eens een doelpunt hebben gemaakt. En of ze de grasmat betreden of niet, de miljoenen €€€ komen sowieso op de rekening (liefst in het buitenland) terecht. Maar muzikanten en acteurs hebben (bijna) uitsluitend thuis moeten/mogen “spelen”, via uitgestelde of rechtstreekse “livestreamings”. De meeste artiesten hebben geen vaste €€€stroom naar hun rekening, zijn niet “beschermd” tegen ongevallen. Als ze in een academie of een conservatorium les geven, dan hebben ze nog een vast loon getrokken. Maar al die andere muzikanten zien al maanden “zwarte sneeuw”.
Men zegt ons dat onze politici ons land of gewest of gemeenschap op democratische wijze (moeten) besturen. Al is het feit dat er enkele ministers niet eens op de kieslijsten stonden toch op zich ook al geen goed voorbeeld van Goed Bestuur.
“Living Museum of Dying Music”
Men zegt ons dat wetenschappers steeds nieuwsgierig moeten zijn, dat ze ook op creatieve manier te werk gaan in hun zoektocht naar antwoorden op grote of kleine vraagstukken en dat ze, net als detectives met een vergrootglas, ook op verborgen plekjes gaan speuren naar oplossingen voor allerlei problemen.
Creativiteit is dus zeker geen monopolie van de culturele sector, maar om te overleven moeten zowel de Artiesten als de Organisatoren heel wat creativiteit aan de dag leggen.
Zo waren mijn Goede Vriend Guy Trifin en ikzelf op dinsdag 16 februari 2021 de gelukkige aanwezigen op een schitterend initiatief van MuziekPublique in het Théâtre Molière, Bolwerksquare 3 te Elsene, 1050 Brussel, bij de Naamse Poort. We mochten met 4 personen (“one of the very many corona rules”) op Museumbezoek en kregen 3 prachtige mini-concertjes voorgeschoteld … ingekaderde kunst zoals het in een museum past.
Eerst gingen we de trap op naar de derde verdieping …
… om naar Vardan Hovanissan, Malabika Brahma en Emre Gültekin te luisteren. We hebben in het MuziekMusée kunnen genieten van een concertje van ongeveer 45 minuten. De kwaliteiten van Vardan en Emre kende ik al jaren, maar nu was ik toch serieus on der de indruk van die stem van Malabika. Braaf, met neus-mondmaskers aan, op vier ver van elkaar verwijderde stoelen, zien we te genieten van Live Muziek. En we hebben de muzikanten niet geknuffeld, zelfs onze ellebogen hebben elkaar niet aangeraakt.
Daarna mochten we naar de grote zaal in het Molière Theater. Het contrast was enorm: een zaal van pakweg 300 seats waar 4 mensen ver van elkaar verspreid naar 2 fantastische muzikanten zaten te luisteren. Het was eigenlijk wel aandoenlijk, hoe blij Wouter Vandenabeele & Bao Sissiko waren dat ze toch nog eens in ’t ècht mochten spelen voor èchte mensen.
Hij nodigde het “voltallige publiek” wel al uit om in april … of mei … of juni in deze mooie bonbonnière naar de voorstelling van hun nieuw album te komen luisteren: die CD is al een hele tijd klaar, maar kon – we weten allemaal waarom – nog niet aan een publiek worden gepresenteerd.
Dan mochten we naar het gelijkvloers van het Théâtre Molière, waar het foyer van MuziekPublique zich bevindt. De bar was uiteraard gesloten – we weten allemaal waarom er in geen enkel museum iets gedronken kan worden – dus ook niet in dit “Levend Museum van Stervende Muziek”. Er werd hier wel meteen duidelijk gemaakt, dat ze nog niet helemaal dood is, de Cultuur. Maar ze moet wel dringend de nodige zorgen krijgen of ze sterft aan een slepende ziekte, veroorzaakt door een virus waar ze zelf niets kan aan doen. We mogen dit toch niet laten gebeuren, dat dergelijke Schoonheid uit ons leven zou worden verbannen, geschrapt, vermoord … zoals deze van het trio Les Contes d’Alfonsina:
De passie die Sofia Romano, met haar mooie stem uitstraalde, het discrete maar fijne gitaarspel van Marco Papadia en de vurige viool van Fred Gairard zorgden voor een mooi orgelpunt bij ons bezoek aan het “Living Museum of Dying Music”
Zàààlig was dat voor ons, om muzikanten nog eens “in ’t ècht” bezig te zien en te horen. Ook voor hen was het een emotioneel moment, om nog eens voor een “ècht publiek” te kunnen (mogen?) spelen … al moet het tegelijk wel triest zijn geweest van met 2 prachtige artiesten op het podium 4 mensen in een gewoonlijk volle zaal te zien zitten.
Een hartelijk DankUwelllMersie!!! aan de Muzikanten en aan de hele ploeg van MuziekPublique !!!
Er waren eigenlijk drie sessies in de loop van de namiddag. Guy en ik waren de gelukkigen die, zoals dat nog al eens gebeurt, bij de laatsten waren, die het licht uit doen. In de eerste sessie werd geconcerteerd door Tammam Al Ramadan & Fakher Madallal, Constanza Guzmán & JeanFrançois Prins en Patricia & Osvaldo Hernandez. De tweede sessie bracht ook weer drie groepen Las LLoronas (Sura Solomon, Amber in ’t Veld, Marieke Werner), Euforró (Jonas Malfliet, Antoon Kindekens, Alice Loparic) en het trio van Emanuela Lodato, Vincent Noiret, Jonathan De Neck
Zeven werken van barmhartigheid ?
Let wel, ook “koken is kunst” ! Het is niet aan iedereen gegeven om “hongerigen te spijzen” op stijlvolle en tegelijk warme, gezellige wijze. Het vraagt soms veel talent om sommige mensen, de arroganten zowel als de sympathieke, op een vriendelijke manier alleen mar lekkers op hun bord voor te schotelen.
Ook de “dorstigen laven” is soms pure kunst. Om “een goei pint” te tappen moet je over het juiste talent en heel wat vaardigheid beschikken. Het vraagt ook heel wat mensenkennis. Niet elke tooghanger is “sociaal”. Een goede cafébaas moet ook een beetje “psycholoog zonder diploma” zijn.
De sociale en de psychologische rol van de horeca sector komt af en toe wel eens aan bod, maar meestal hoor je alleen het cliché-achtige geklaag van de kleine zelfstandige ook. “Om de poen is het te doen”. Het zou mijns inziens “wijzer” zijn om het ook over hun “vakmanschap” te hebben, over de creatieve aspecten in hun beroep.De naakten kleden
Omdat we de naakten moeten/willen kleden zijn die winkels wèl al lang open mits respect voor “de regels”
Met de vreemdelingen herbergen hebben we het al langer lastig, want die “komen ons werk afpakken” zeggen de meest rechtse lieden onder ons.
De zieken verzorgen !!! Corona zal in deze materie hopelijk wat positieve sporen nalaten. Dat kan dan wel alleen op voorwaarde dat onze politici hebben ingezien hoe nefast hun jarenlange “besparingen” zijn geweest. Applaus op de balkons en witte lakens aan de vensters zullen het probleem in de toekomst niet oplossen. Maar de bevolking kiest voor en betaalt politiekers om het dagelijks leven te verbeteren. Niet om het ondraaglijk te maken !
De gevangenen bezoeken: ik vrees dat ook hier corona serieus “huis gehouden” heeft. Net als in de rusthuizen (pardon, dure woonzorgcentra) waren de mensen hier dubbel geïsoleerd. Niemand mocht bezoek ontvangen: dat moet toch wel heel er zijn om geen echtgenoot/echtgenote, geen kind(eren) op bezoek te (mogen) krijgen
De doden begraven ? Men zou denken: “Dat is nog eens een sector met toekomst. Zo’n pandemie doet de kassa rinkelen !!!” Maar … begrafenissen zonder koffietafels, met een klein aantal mensen die toegelaten worden om “afscheid te nemen” van hun naasten, geliefden, vrienden … toch ook niet zo evident.
Nog eentje … om te lachen :
De zeven geestelijke werken van barmhartigheid zijn:
Steden worden geboren waar stromen bijeen komen, waar rivieren samenvloeien, waar mensen elkaar ontmoeten op plaatsen waar ze mogen handeldrijven, waar ze stoffen en meubels kunnen ruilen voor eetwaren en vice versa.
Maar Brussel, och arme, werd geboren op een moeras tussen verschillende rivierarmen. De naam Broek-sele, komt uit het oud-Germaanse Broka, dat “moerassig gebied” betekent en Sali wat staat voor “uit één ruimte bestaand huis”.
So, Brussels became a city, on a place on the brooks, where people felt home on the marsh between the river arms of the Zenne … or Senne, if you prefer.
Brussel, hoofdstad van België, Vlaanderen en Europa, werd door haar eigen bewindvoerders vaak verwaarloosd en meermaals verkracht.
Denk maar aan de hele buurt rond het Noordstation, waar alles en vooral iedereen, moest wijken voor een megalomaan project: “World Trade Center” klinkt stoer, maar heeft alleen met poen te doen.
De chirurgische ingreep halverwege de 19de eeuw, om Noord- en Zuidstation met elkaar te verbinden, ook bekend als “Spoorlijn 0”, heeft een enorme sociale impact gehad. Maar ja, in Parijs en in Londen moet je toch nog altijd station in en station uit, om met de trein verder door te reizen.
Het is nog veel erger gesteld met de hele strook van aan het Jubelpark tot het Luxemburgplein, waar alles moest sneuvelen voor de macht, voor het Europees kapitaal. Wie weet daar nog, ergens tussen de gedrochten van Europese kantoren, het mooie Résidence Palace liggen? Behalve dan de journalisten die er naar het Internationaal perscentrum gaan. Misschien zijn ze er wel al op restaurant geweest, maar hebben ze nog nooit het prachtige zwembad gezien in dit art-deco gebouw van architect Michel Polak.
Bruxelles, capitale de la Belgique, de la Flandre et de l’Europe, … la Communauté Française lui a lâchement tourné le dos … pour aller installer sa Fédération Wallonie-Bruxelles à Namur … avec balcon et vue sur Meuse.
“Ah (très cher André Bialek) la belle gigue” que nous aurions pu danser … mais il y a déjà trop longtemps qu’on “ne sait plus sur quel pied on pourrait se mettre à danser”.
Water heeft een bijzondere aantrekkingskracht. Het zorgt ook voor “verbinding”. In de 15de eeuw werd er reeds, naast een kronkelende Zenne, een beter bevaarbaar kanaal aangelegd: de Bruesselsche Schipvaertverbond in 1561 Brussel al met Willebroek.
Een stad zonder stroom is als een dorp zonder ziel. Brussel heeft haar Zenne overwelfd tussen 1967 en 1871. Soignies (Zinnik, pour les Flamands) deed dat tussen 1896 en 1933 en Vilvoorde en Halle konden het ook niet laten … tussen 1933 en 1955.
Brussel bestaat alleen nog uit beken: de Maalbeek stroomt vanuit de abdij Ter Kameren in Elsene via Etterbeek en mondt in Schaarbeek uit in de Zenne. Maar ook de Maalbeek werd grotendeels overwelfd: er blijven alleen nog zes vijvers over van aan Flagey tot in het Josaphatpark.
Brusselaars dromen al lang om “hun Zenne” weer te zien. Ze hebben ze zelfs een vereniging voor gesticht: de vzw ZenneSenne asbl en/of De ZenneZotten. Ik herinner me nog een actie op 19 november 2008 in de Ortsstraat: Brusselse schoolkinderen hebben er gevist in containers aan de Beursschouwburg.
Brussel kreunt en weent, Manneke Pis plast 24/7 en heeft geen last van zijn prostaat … en het Bronzen Zinneke … die doet alsof hij tegen een paaltje zeiktaan de hoek van de Kartuizersstraat en de Oude Graanmarkt.
“Brussel g’hebt mijn hart gestolen” zingt Johan Verminnen.
We zeggen en schrijven: woensdagavond 29 oktober 2020. En we gaan naar het Cultuurcentrum BOLWERK voor Het Laatste Avondmaal … ik bedoel … het laatste avondconcert vooraleer de totale “LOCKUP”. Morgen gaat alles potdicht! Cultuurcentra, Concertzalen, Musea, … allemaal moeten ze hun deuren sluiten om de uitwassen van het coronavirus in te dammen en de zorgsector te helpen “het beest” te overwinnen. Ik weiger om dit nog “lockdown” te noemen!!! We worden immers toch opgesloten. We moeten zogezegd niet meer “in ons kot” blijven, maar we kunnen toch ook bijna nergens naartoe.
Alleen naar Bibliotheek en Bos mogen we nog gaan … en naar voetbal mogen we nog kijken op teevee.
… want voetbal … dat telt niet mee in de statistieken …
Maar goed …
Back to Music : Quentin Dujardin & Didier Laloy @ CC Bolwerk – Vilvoorde
Na heel wat eigen projecten en steeds meer internationale ervaring, brengen gitarist Quentin Dujardin en accordeonist Didier Laloy samen muziek die hen op het lijf geschreven staat. Twee tegengestelde muzikale temperamenten balanceren in symbiose tussen jazz, klassiek, folk en filmmuziek.
Zoals de titel van hun rijk, melodieus album “Water & Fire” het omschrijft, vullen deze artiesten elkaar prachtig aan en zorgen ze voor een klanksensatie met zowel brandende als ijzige momenten. Een intens muzikaal moment waarop ruimte en tijd even stoppen. Adrien Tyberghein, de jonge bassist van l’Opéra National de Paris, zorgt voor de ideale brug tussen beide muzikanten. Met zijn strijkstok doet hij een klassiek universum herleven dat allesbehalve stoffig klinkt, maar uitblinkt in verfijndheid en virtuositeit.
Het trio bracht een schitterend concert in het Cultuurcentrum BOLWERK te Vilvoorde. DankUwelllMersie!!! om te blijven “vechten” voor de goede zaak. En te blijven geloven in de Schoonheid van Cultuur in het algemeen en van Muziek in het bijzonder!!!
Het gebeurrde wel een zeer bizarre sfeer, zo’n optreden: de muzikanten spelen enkel zittend … wat voor Didier een hele ‘opdracht’ moet zijn geweest … op 2 meter van elkaar … het publiek zit in ‘bubbels’ mèt mondmasker en minstens 3 meter tussen die ‘bubbels’. Schoon !!! Maar tegelijk ook Triest !!! Het deed soms wel denken aan een ‘definitief’ afscheid … Alles verliep totaal contactloos !!! en toch mag het de volgende weken niet meer
Alleen voetbal – toch per definitie een “contactsport” – dàt mag wèl nog … en je zal me niet wijsmaken dat die voetballers, die mekaar eens goed vastpakken als ze een doelpunt maken, na de wedstrijd in quanrantaine moeten gaan, omdat ze misschien besmet zijn geraakt. Het is uiteraard wel een feit dat voetballen een belangrijke activiteit is voor de Belgische economie: bij elke trap tegen de bal verdient elke voetbal speler een meervoud van wat de muziek speler voor een avondvullend concert verdient ! Onze politiekers hebben blijkbaar nog altijd niet door dat cultuur ook een belangrijke speler is in de economie en dat er ook een heel rits aanleverende beroepen bij komen kijken … die dan ook allemaal “aan den dop” moeten gaan in de plaats van BTW of Bedrijfsvoorheffing af te dragen.
Als bestuurslid van de asbl JAZZ STATION vzw, was het mijn genoegen (en privilegie) om mijn Geode Vriend Guy Trifin uit te nodigen om met mij mee te gaan naar het optreden van …
Lorenzo Di Maio Trio ft. Ensemble UFO – Openingsconcert
Het Lorenzo Di Maio Trio is samengeseld uit Lorenzo Di Maio – gitaar, composities Sam Gerstmans – contrabas Antoine Pierre – drums en het Ensemble UFO = Ultra Foniiki Orchestra : Maritsa Ney – viool I Martin Lauwers – viool II Marie Ghitta – altviool Marine Horbaszcewski – cello
Ze brachten een première van een nieuw project dat ze pas opgenomen hadden om binnenkort op CD uit te brengen. Het eerste nummer, ‘The End And The Beginning”, maakte meteen duidelijk dat de toehoorder het snaarkwartet als een vierde solist zou moeten/kunnen percipiëren. “Blues Something” was inderdaad opgebouwd rond een typisch blues thema dat dan verder uitgesponnen werd tot “something else”. “Looking For The Beats” “No More Samba” was ook wèl een samba, maar dan eentje “met een hoek af”. “Carmela” “Deux Chats” “Elia”, het nummer dat de naam kreeg van zijn geliefde, toonde duidelijk aan dat Lorenzo toch heel dikwijls teruggrijpt naar de stijl of de sfeer van Philip Catherine: het melodietje kon even goed door hem gecomponeerd geweest zijn.
Daarna kwam er niog een welverdiend bisnummer … Guy en ik gingen onmiddellijk de muzikanten gelukwensen met hun nieuwe project.
Om nog wat na te praten en omdat we ook wel honger hadden, volgden we de goede raad van Kostia (directeur van de Jazz Station). We hebben heel lekker gegeten in het Libanees restaurant, ZALINE. De patron is een vriendelijke, gezellige mens, die ook de tijd nam om tussendoor even met ons te praten: niet alleen om ons een goede Libanese wijn aan te raden, maar ook om ons te vertellen dat hij, als vluchteling uit Syrië, met Arameense roots, eerst in een kledingszaak had gewerkt tot hij de moed en de middelen had om een eigen zaak op te starten … met succes !!! Het restaurant zat vol. Er was ook duidelijk een groep die daar was om een verjaardag te vieren … Al gebeurde dat allemaal wel helemaal coronaproof (denk ik).